vrijdag 29 januari 2010

Beleggen via Internet

Klanten die via internet beleggen bij grote banken zijn aanzienlijk minder tevreden dan klanten van kleinere specialisten. Dit blijkt uit een onderzoek van marketingbureau Netprofiler. Het onderzoek werd gehouden onder 320 beleggingsklanten van verschillende instellingen .

Volgens F. Appels van Netprofiler leverde het onderzoek voldoende waarnemingen op om betrouwbare uitspraken te doen.

Uit de proefneming blijkt dat 20 procent van de respondenten zegt te overwegen om bij een andere bank te gaan beleggen. Bij grote banken ligt dit percentage zelfs op 28 procent. SNS bank scoort het slechtst. Bij deze bank overweegt 40 procent over te stappen naar een andere effectenbank.

Netprofiler heeft zelf ook een analyse gemaakt van de beleggingsmogelijkheden via internet. Het bureau beoordeelde websites onder meer op aangeboden informatie, betrouwbaarheid en aanmeldingsprocedure. Fortis kreeg met 4,8 het slechtste rapportcijfer. De SNS Bank en de Postbank kregen ook een onvoldoende. Kleinere specialisten als Binck Bank (7,7) en Alex Beleggersbank (7,4) staan ver boven banken zoals ING (6,5) en Rabobank (6,4).

Bron: mistermoney.nl

Beleggen in aandelen met hoog dividend

AMSTERDAM - “Beleg in hoog dividend aandelen in tijden van algemene beursmalaise”. Dat is een van de vele strategieën bij beleggen in aandelen. Waarom?

Vanwege het aantrekkelijk hoge dividend zullen beleggers van dit soort fondsen minder snel afscheid nemen in tijden van beursdalingen, dan t.a.v. de overige fondsen op de beurs. Zo kon b.v. eind 2002 het Postbank Hoog Dividend Aandelenfonds melden, dat zij ondanks een lagere beurs, een positief rendement had behaald.

Dat deze regel niet altijd op gaat bewijst de huidige crisis rondom de bank- en verzekeringsaandelen. Jarenlang vormden deze sector een van de hoekstenen van een aandelenportefeuille. Mede vanwege de relatief hoge en stabiele dividenduitkeringen. Vandaag weten wij beter. Weg dividendrendement, met dank aan de bankencrisis. KasBank (en misschien Van Lanschot Bankiers) keren nog dividend uit.

Toch zijn er veel andere sectoren en fondsen, waar de gang van zaken minder dramatisch verloopt en zijn deze bedrijven in staat, winst te maken en dus dividend uit te keren.

Zodra de aandelenmarkt weer aantrekt, zijn het veelal de vroegcyclische aandelen (veelal fors in koers gedaald), die bovenmatig presteren. Daar kunnen enige hoog dividend aandelen tussen zitten.

Op dit moment staan aandelenkoersen relatief laag tot zeer laag in koers en lijkt er in 2009 het positieve omslagpunt te komen. Misschien geen moment om al te veel accent te leggen op Hoog Dividend aandelen, met uitzondering van fondsen die forse koersdreunen hebben opgelopen, als gevolg geforceerde verkopen door banken en hedgefunds.

Misschien vindt u de risico’s van een aandelenbelegging op dit moment nog net even te groot. Dan zou een belang in Hoog Dividend aandelen een goede tussenoplossing kunnen zijn.

Aantrekkelijk aspect hierbij is dat de meeste fondsen in de komende weken ex dividend gaan noteren. Dan kan er dus zomaar 5 tot 9% plotseling van de koers af gaan. Gebruikelijk is dat in de dagen daarna, bij een niet al te negatief beursklimaat, het dividend weer ingelopen wordt door middel van een koersstijging van het aandeel. Dat betekent dus extra winst.

Wellicht nuttig om eens een analyse te maken van fondsen die voor aankoop in aanmerking komen. Daarbij rekening te houden met de vele dividendveranderingen.

Allereerst een opsomming van beursfondsen die tot nader order geen dividend meer zullen uitkeren. In Nederland: Aegon, ING, Randstad (vanwege overname Vedior), ASMI, Draka, Ordina, SNS, Unit4, Neways en hoogstwaarschijnlijk Heijmans. In België: Fortis, Dexia en KBC.

Dividendverlagingen hebben doorgevoerd: Mittal Steel, ASML, BAM, Ballast Nedam, Heineken, Nutreco, Wessanen, Reed Elsevier, TNT, Aalberts, Logica CMG, Océ, OPG, USG People, Beter Bed, Macintosh, Exact, Kasbank, Telegraaf en ICT Automatisering.

Onveranderd dividend: Boskalis, Akzo Nobel, Philips, Binck, C Smit Int., Eriks, Kardan, Sligro, HES Beheer en TKH Holding. In België: Colruyt, Nat. Portef., Ackermans, Umicore, UCB, Belgacom en Solvay.

Een flink aantal fondsen heeft het dividend over 2008 verhoogd; namen: Ahold, DSM, Fugro, KPN, Royal Dutch Shell, SBM Offshore, Unilever, Wolters Kluwer, Arcadis, Imtech, ten Cate, Vopak, Accell, Brunell, Grontmij en InnoConcepts. In België: AB Inbev, Delhaize, Bekaert, GDF Suez en Omega Pharma

De hoogte van het dividendrendement loopt sterk uit een. Beursondernemingen die een hoog dividend uitkeren en naar mijn oordeel de huidige crisis zullen overleven, zijn: DSM (dividendrendement 6,2%), Fugro (6,7%), KPN (6%), Royal Dutch (7,3%), Unilever (5,4%), Imtech (5,8%), ten Cate (6,9%), BAM (9,3%), Nutreco (5,7%), Boskalis (8,1%), Akzo-Nobel (6,4%), Smit Int. (8,3%), Eriks (10,7%), TKH (8,9%). In België: Solvay 6,9%, en GDF Suez (5,7%). Sommige hebben al een deel van het dividend uitgekeerd in 2008, zoals DSM, KPN, Royal Dutch Shell, Unilever, Nutreco, Akzo Nobel en GDF Suez. Let op. DSM gaat reeds op 27 maart a.s. ex slot dividend. Philips op 30/3.

Blijven over: Fugro, Imtech, ten Cate, BAM, Boskalis, Smit Int (tevens overnamekandidaat), Eriks, TKH Holding en Solvay.

Bent u een voorzichtige aandelenbelegger en wenst u in de beurs te stappen, dan geef ik u in overweging een keuze te maken uit laatstgenoemde selectie.

Gerard Jager is eigenaar van Advance (www.amail.nl) en werkzaam als vermogensbeheerder bij Onafhankelijk Vermogensbeheer ’s-Gravenhage B.V.( www.ovgbeheer.nl) . Hij schrijft zijn columns op persoonlijke titel. Jager mag privé niet handelen in aandelen waarover hij schrijft. OVG belegt effectenvermogens van haar cliënten. Posities kunnen op elk moment veranderen. De informatie in deze column is niet bedoeld als persoonlijk beleggingsadvies of als aanbeveling aan de lezer tot het doen van bepaalde beleggingen.

Bron: telegraaf.nl

Wat is Dividend

Als je aan de aandelenbeurs denkt dan denk je waarschijnlijk vrij snel aan dividend. Maar wat is dividend precies? Waarom kijkt iedereen altijd uit naar het dividend op aandelen? En wat is ex-dividend gaan"?

Dividend is de winstdeling op een aandeel. Dit wil zeggen dat een bedrijf dat winst maakt kan kiezen om (een deel van) de winst kan uitkeren aan de aandeelhouders. Hiervoor hoef je niet per se een groot aantal aandelen te hebben: ook met één aandeel krijg je al dividend. Het dividend wordt uitgekeerd per dividend. Dit kan variëren van een paar cent tot enkele euro's op een aandeel.

Niet alle bedrijven keren dividend uit. De meeste bedrijven kiezen er namelijk voor om hun winst te herinvesteren in het bedrijf zodat het bedrijf sneller groeit. Aandeelhouders kunnen dividend betalen ook niet afdwingen. Enkel de vergadering van aandeelhouders kan afdwingen dat er dividend wordt uitgekeerd. Vaak doet het management van het bedrijf een voorstel om wel of niet dividend uit te keren en bepalen de aandeelhouders of hiermee akkoord gaan of niet.

Uit kijken naar dividend
De meeste aandeelhouders kijken uit naar het dividend. Dit is namelijk de enige keer dat ze concrete waarde voor hun aandeel krijgen, anders dan door het te verkopen. Er zijn ook aandeelhouders die hun aandelen specifiek selecteren op de hoeveelheid dividend die wordt uitgekeerd. Hierbij kan de website dividendpagina (zie Nuttige Links hieronder) bij helpen: deze pagina geeft informatie over de aandelen met het beste dividend.

Dividend-aandelenfondsen zijn ook in trek. Dit zijn aandelenfondsen die enkel aandelen in bezit hebben die veel dividend uitkeren. Meestal zijn dit fondsen met High Income of High Dividend in hun naam.

Op de datum dat het dividend op een aandeel wordt uitgekeerd gaat het aandeel "ex-dividend". Meestal heeft dit een forse impact op de beurskoers. Dit heeft als reden dat er groepen mensen zijn die aandelen kopen een paar dagen voordat het aandeel dividend uitkeert. Hiermee wordt de koers meestal opgestuwd omdat het aandeel zeer gewenst is op dat moment. Het kopen van een aandeel vlak voordat het dividend uitkeert wordt ook wel "dividend jagen" kijken.

Nadat het bedrijf van aandeel het dividend heeft uitgekeerd duikt de koers meestal omlaag: het aandeel wordt door de "dividend jagers" weer verkocht omdat het dividend is uitgekeerd.

Bron: www.leerwiki.nl

dinsdag 26 januari 2010

Beleggingsfondsen

Beleggingsfondsen kan je op verschillende manieren onderverdelen. Je kan ze onderverdelen naar het soort fonds, namelijk: open end of closed end. Ook kan er gekeken worden naar de aard van de beleggingen. Verder kan je de fondsen onderverdelen in beurs genoteerde fondsen en een niet beurs genoteerde fondsen.
Wat is eigenlijk een beleggingsfonds?
Een beleggingsfonds is een organisatie, dat zich bezig houd met het beleggen van geld in producten die waarden vertegenwoordigen, je kan dan denken aan effecten, aandelen, obligaties, liquiditeiten en vastgoed. De organisatie van een beleggingsfonds belegt het geld voor een groep beleggers. De beleggers die het geld verschaffen hebben geen zeggenschap over het dagelijks beheer van hun beleggingen. De beleggingsfondsen hebben als doe een zo hoog mogelijk rendement te halen voor hun deelnemende beleggers.

Open-end Beleggingsfonds
De instantie die het fonds beheerd houdt bij een open-end systeem de beurskoers zo dicht mogelijk bij de intrinsieke waarde per aandeel (intrinsieke waarde is het eigen vermogen gedeeld door het aantal aandelen). Zo is degene die de aandelen koop er altijd zeker van dan hij zijn aandelen kan verkopen tegen een prijs die gelijk is aan de werkelijke waarde van dat aandeel


Closed-end beleggingsfonds
Bij een Closed-end beleggingsfonds is de prijs van de aandelen afhankelijk van de vraag en aanbod op de markt. De beurskoers van z'n fonds is vaak niet gelijk aan de intrinsieke waarde van een aandeel.

Beursgenoteerde fondsen
De fondsen die op de beurs zijn genoteerd, zijn genoteerd aan de effectenbeurs. Dit betekent dat een aandeel verhandelbaar moet zijn via een bank of een tussenpersoon.

Verder staat een fonds wat op de beurs genoteerd staat onder toezicht van De Nederlandse Bank (DNB). Als je onder toezicht staat van DNB ben je verplicht te publiceren. Dit publiceren houd in dat je de resultaten van een betreffend fonds moet melden en een prospectus moet uitgeven waarin staat wat het beleid van beleggen is. Ook is er dan de verplichting dat je de koersen van de aandelen in het fonds moet vermelden, dit gebeurt netto, dus alle kosten zijn hier dan al vanaf gehaald.

Niet beursgenoteerde fondsen
Bij fondsen die niet op de beurs genoteerd zijn is het niet mogelijk om de aandelen van deze fondsen op de beurs te verhandelen. Dit betekend dat je de aandelen direct bij de fondsbeheerder moet inkopen. De fondsbeheerder is vaan een bank of een verzekeraar. Ook is het belangrijk om te weten dat z'n fonds niet onder toezicht staat van DNB, hierdoor zijn ze niet verplicht te publiceren en hoeven ze geen prospectus uit te geven. Er zijn geen regels voor de publicatie van de koersen, het is dus onduidelijk of de kosten al zijn verrekent met de koers.

Soorten
Aandelen fondsen
Aandelen fondsen investeren in aandelen. Deze fondsen kopen op het juiste moment aandelen van een bedrijf en verkoopt deze weer op het juiste moment. Door op het juiste moment aandelen te kopen en verkopen wordt er door een fonds een rendement(winst) behaalt dit rendement wordt weer in het fonds gestopt. Het dividend dat ontvangen wordt als een bedrijf winst heeft gemaakt worden ook aan het fonds toegeschreven. Het toeschrijven van winst dan wel dividend gebeurd door middel van het aankopen van meer aandelen.

Obligatie fondsen
Obligatie fondsen beleggen in obligaties. Obligaties zijn eigenlijk geldleningen. Deze obligaties hebben meestal een vast rendement op de einddatum. Door dit vaste rendement heb je een laag risico. Ook is er een laag risico omdat de uitgevende instelling van de obligaties vaak de overheid is. Er zijn ook obligaties met een hoog risico.

Vastgoed fondsen
De vastgoed fondsen beleggen in vastgoed. Indien je een groot kapitaal bezit, kun je direct vastgoed aankopen. Maar ook kun je dit via een fonds doen(indirect). Het rendement behaal je over een langere periode, dit omdat er gewerkt wordt met langlopende contracten, bijvoorbeeld huurovereenkomsten. Zo kun je wel weten wat je rendement is. Ook bij de verkoop van het vastgoed kan je een rendement boeken aan de hand van de verkoopwinst op het vastgoed.

Valuta fondsen
Valuta fondsen beleggen in rentedragende waarden, zoals leningen, certificaten en deposito's. Deze fondsen kunnen ook beleggen in buitenlandse valuta, zoals dollars en ponden. Hoe werkt dit? Als je geld belegt in andere valuta, koop je eigenlijk een andere valuta, je koopt bijvoorbeeld Dollars voor je Euro's. Als nu de Dollar meer waard wordt krijg je meer Euro's terug.


Voordelen beleggen in fondsen:

Door grote hoeveelheid beleggers in het fonds, kunnen de kosten verdeeld worden over alle deelnemers zodat het per deelnemer minder kosten worden berekent..

Door de grote hoeveelheid beleggers, kan het risico over veel personen worden verdeeld en wordt hiermee het rendement op de belegging hoger en het risico per belegger kleiner.

Er zijn veel verschillende beleggings varianten mogelijk. Ook gecombineerd.

Het beleggen wordt door iemand gedaan die er verstand van heeft. Je hoeft dus maar een beperkte kennis te hebben van de beleggersmarkt.

Nadelen beleggen in fondsen:

Het beleggen gebeurt door een vreemde.

Je bent erg afhankelijk van de koersen een aankoop-momenten en je kunt geen invloed uitoefenen.

Er kunnen hoge kosten aan verbonden zijn.

Laat je niet misleiden door reclames van resultaten die behaalt zijn het wil niet zeggen dat die resultaten weer behaalt worden.

Bron: www.vragenoverbeleggen.nl

Wat is een Beleggingsfonds

Een beleggingsfonds brengt beleggers samen. Een fonds verzamelt middelen van individuen om deze vervolgens namens de groep te beleggen in een portefeuille van effecten, zoals obligaties en/of aandelen.

Er zijn verschillende soorten fondsen. Er zijn beleggingsmaatschappijen in de vorm van een NV of BV, maar ook fondsen voor gemene rekening, buitenlandse beleggingsfondsen en unit linked fondsen. Daarnaast kunt u nog onderscheid maken tussen wel-genoteerde en niet-genoteerde fondsen. De term beleggingsfonds of fonds wordt in deze cursus als verzamelterm gebruikt voor al deze typen fondsen. Het principe van al deze soorten fondsen is hetzelfde. Wij zullen de term fonds niet gebruiken voor een individueel aandeel of obligatie.

De werkwijze

Wanneer u een beleggingsfonds aanschaft, koopt u eigenlijk aandelen in dat beleggingsfonds. Als het fonds om wat voor reden dan ook geen rechtspersoonlijkheid heeft, en het dus geen NV of BV is, dan koopt u geen aandelen maar participaties. Het principe is hetzelfde. Een beursgenoteerd beleggingsfonds is op twee manieren verkrijgbaar: direct op de beurs (via iedere commissionair) of via de beleggingsrekening van diegene die het fonds aanbiedt. Niet-genoteerde fondsen zijn alleen op de laatste manier verkrijgbaar. Het onderscheid tussen giraal beleggen en via de beurs kan ingewikkeld lijken, vooral ook omdat u bij een bank vaak de eigen huisfondsen op beide manieren kan kopen. Het is daarom goed om in het achterhoofd te houden dat als u via de beurs belegt u op ieder moment van de beursdag kan verkopen. Belegt men giraal dan kan men ook niet-genoteerde fondsen kopen en kan men maar op één moment van de dag handelen.

Als u een beleggingsfonds via het girale systeem van een bank of fondsaanbieder koopt, is het mogelijk om gedeeltes van een aandeel of participatie te kopen en kunt u vaak ook een bedrag per maand beleggen. Als een fonds op de beurs wordt gekocht, kunt u vanzelfsprekend alleen ‘hele aandelen’ kopen.

Een beleggingsfonds heeft een prijs, vaak wordt die prijs door beleggers de koers genoemd (strikt genomen hebben alleen beursgenoteerde fondsen een koers). Als u bijvoorbeeld EUR 1000 in een beleggingsfonds met een koers van EUR 118.74 steekt, krijgt u 8.42 aandelen in dat fonds.

Bij de aankoop van het beleggingsfonds neemt de fondsmanager uw geld samen met ander ‘nieuw’ geld onder zijn hoede en voegt dat bij het geld dat al was belegd in het fonds. Gezamenlijk vormen deze middelen het fondsvermogen. Het fondsvermogen wordt belegd in aandelen, obligaties, onroerend goed, geldmarktpapier of een combinatie van deze. Deze beleggingen worden vaak posities of holdings genoemd, gezamenlijk vormen de afzonderlijke posities de portefeuille van het fonds.

Als belegger in een beleggingsfonds krijgt als het ware een gedeelte van de portefeuille. Onafhankelijk van hoeveel u belegt, is uw eigen belegging altijd een miniatuur van de fondsportefeuille.

Laten we dit verduidelijken met een voorbeeld. Stel, u belegt uw portefeuille in het Wereldfonds, dat enkele miljarden groot is. De top drie van het fonds bestaat uit 10% Microsoft, 5% General Electric en 4% Koninklijke Olie. Uw persoonlijke portefeuille (als dit uw enige fonds is) ter grootte van enkele duizenden euro’s, bestaat eveneens uit 10% Microsoft, 5% General Electric en 4% Koninklijke Olie. Stijgt het fonds 1% in koers, dan stijgt ook uw portefeuille 1% in waarde.

De voordelen

Beleggingsfondsen hebben vele voordelen, we noemen er enkele.

1. Beleggingsfondsen zijn ook geschikt voor de kleinere belegger.
Als u bijvoorbeeld ‘slechts’ EUR 1000 wilt of kunt beleggen, is het moeilijk om van dat geld een gevarieerde (gespreide) portefeuille aan te kopen. Bij een beleggingsfonds is dat echter geen probleem, en houdt u ook veel meer vermogen over omdat de kosten lager zijn. Als u eenmaal een storting heeft gedaan dan kunt u vervolgaankopen doen. Soms geldt daarvoor een minimum bedrag (bijvoorbeeld EUR 100), vaak ook niet. De minimale eerste inleg verschilt per fondsaanbieder, maar is meestal niet hoger dan enkele honderden euro’s. Dat een beleggingsfonds geschikt is voor kleinere bedragen wil zeker niet zeggen dat kapitaalkrachtige beleggers bij een fonds aan het verkeerde adres zijn, integendeel.

2. Beleggingsfondsen zijn gemakkelijk te aan- en verkopen.
Een fonds kunt u bij verschillende loketten krijgen: bij de bank, bij een fondsaanbieder, op de beurs of via een gespecialiseerde (internet)broker. Daar komen we nog op terug. Bij wie u ook uw fondsen koopt, het geldt zonder uitzondering dat u ze gemakkelijk kunt aan en verkopen, vaak met een muisklik of een telefoontje. Bij een uitgebreide portefeuille van individuele effecten of sommige buitenlandse aandelen is dat wel anders.

3. Er is toezicht op beleggingsfondsen.
Er is vrij uitgebreid toezicht op beleggingsfondsen. De portefeuillebeheerder van een beleggingsfonds kan niet met uw geld vertrekken richting een tropisch eiland. De Autoriteit Financiële Markten (AFM) is de belangrijkste autoriteit als het gaat om het toezicht op beleggingsfondsen. De AFM voert het toezicht uit zoals dat vastgesteld is in de Wet Toezicht Beleggingsinstellingen. Het doel van het toezicht is het bevorderen van een goede werking van de financiële markten en het beschermen van (potentiële) beleggers. Voordat een fonds aan het publiek mag worden aangeboden, moet het een vergunning aanvragen. De AFM stelt eisen aan het beheer van een fonds en ziet erop toe dat ook na verlening van de vergunning aan deze eisen wordt voldaan. Naast de AFM oefenen De Nederlandsche Bank en de Pensioen- en Verzekeringskamer toezicht uit op de financiële sector. (Voor meer informatie over toezicht zie www.afm.nl ).

Toezicht betekent echter niet dat uw beleggingen niet minder waard kunnen worden. De toezichthouders waken niet over het beleggingsbeleid van een fonds. Dit betekent dat u geld kunt kwijtraken bij beleggen. Als één van de posities in een fonds minder waard wordt, wordt de portefeuille minder waard, en daalt de waarde van uw belegging. Dit betekent gelukkig niet dat de kans groot is dat u alles in een keer kwijt raakt. Voordat dat gebeurt moeten alle ondernemingen waarin belegd is, failliet gaan, wat niet waarschijnlijk is. U moet zich er wel van bewust zijn dat beleggen risico nemen is, en dat uw beleggingen fors minder waard kunnen worden.

4. Fondsen worden professioneel beheerd
Als u van plan bent om individuele aandelen of obligaties te kopen, moet u financiële verslagen kunnen interpreteren of een duration kunnen berekenen. Kunt u dit niet, dan lijkt het meer op gokken dan op beleggen. Deze kennis is niet nodig als u in een fonds belegt. Alhoewel u wel enig begrip moet hebben van hoe aandelenmarkten en obligatiemarkten werken, betaalt u uw fondsmanager ervoor om de juiste effecten te selecteren.

Dat er professionals aan het roer van een fonds staan, betekent niet dat beleggen in fondsen een sprookjesverhaal is. Er zijn fondsen die hoge kosten in rekening brengen, er zijn fondsen die slechte prestaties laten zien, en er zijn ook nog fondsen die beide eigenschappen combineren. Over de gehele linie gesproken zijn beleggingsfondsen echter een goede manier van beleggen voor diegene die het geld, de tijd, de kennis, of de interesse ontberen om een gespreide portefeuille van effecten te selecteren.

Bron: www.morningstar.nl

Aandelen zonder Stemrecht

Aandeel zonder stemrecht
Bij de aandelen zonder stemrecht ontvang je alleen de dividend die aan het aandeel vastzit. Dit dividend is hetzelfde als de aandelen met stemrecht en mag hiervan absoluut niet afwijken. Het Nederlandse recht kent geen aandelen zonder stemrecht, ook meervoudig stemrecht op aandelen met stemrecht is beperkt toegestaan.

Bron: www.vragenoverbeleggen.nl

Aandelen met Stemrecht

Aandeel met stemrecht
Als je aandeelhouder bent, dan heb je recht op stemmen bij de vergadering van aandeelhouder. Voor elk aandeel wat je dan bezit heb je recht op een stem. Als je nu 25 aandelen bezit bij een totaal aantal aandelen van 100, dan heb je recht op 25 stemmen.

Als nu iemand een voorstel doet waar de aandeelhouder over moeten stemmen, dan geld, de meeste stemmen tellen. Als er dus 51 voor stemmen en 49 tegen, dan wordt het voorstel aangenomen. De onderwerpen waarover gestemd moet worden zijn bijvoorbeeld: een wijziging van de statuten van een bedrijf, de uitkering van dividend, het vaststellen van het jaarverslag of een fusie of overname.

Bron: vragenoverbeleggen.nl

Preferente Aandelen

Als je preferente aandelen bezit ben je net als bij gewone aandelen mede eigenaar van een bedrijf. Alleen hebben preferente aandelen in de meeste gevallen een vastgesteld dividend. Ook hebben de houders van deze aandelen voorrang op de gewone aandeelhouders als er iets te verdelen valt.

Als een bedrijf bijvoorbeeld failliet gaat worden de crediteuren als eerste betaald, hierna worden de bezitters van preferente aandelen betaald gevolgd door de bezitters van gewone aandelen. Vaak is het niet mogelijk om te stemmen bij aandeelhouders vergaderingen als je preferente aandelen bezit, dit stemrecht hebben de bezitters van gewone aandelen weer wel. Ook de waardestijging van preferente aandelen is vaak minder.

Cumulatief preferente aandelen

Cumulatief preferente aandelen zijn gelijk aan preferente aandelen; geven recht op een vast jaarlijks dividend, maar gaat het wat minder met het bedrijf en wordt er geen dividend uitgekeerd, dan blijft het recht op dit dividend bij deze aandelen bestaan in tegenstelling tot de preferente aandelen. Gaat het weer goed met het bedrijf dan wordt het dividend wat toen niet was uitgekeerd alsnog uitgekeerd.

Bron: www.vragenoverbeleggen.nl

Winstaandelen

Winstaandelen vertegenwoordigen niet het kapitaal van de onderneming en ook niet een materiële inbreng. Het betreft hier een niet-financiële inbreng, zoals de kennis van een van de stichters, die deze kennis vergoed wil zien door de overige aandeelhouders. Ze geven recht op een deel van de winst, maar beperken tegelijkertijd hoeveel stemrecht de houders van deze aandelen krijgen. Dat stemrecht heeft de betrokken aandeelhouder al via zijn (eventuele) gewone aandelen.

Bron: www.vragenoverbeleggen.nl

Aandelen op Naam

Aandelen op naam zijn niet afhankelijk van degene die het fysieke aandeel bezit, dit is wel het geval bij aandelen aan toonder. Wordt het fysieke aandeel vernietigd, dan blijft de rechtsverhouding met de vennootschap gewoon bestaan. Aandelen op naam kunnen meestal wel vrij worden verhandeld, dit mits de aandelen van een NV zijn zonder blokkerings regeling.


De nieuwe aandeelhouder dient opgenomen te worden in het aandeelhoudersregister van het bedrijf. Zolang er niets bekent is van de overdracht van het aandeel bij het bedrijf, kunnen de rechten die aan het aandeel zitten niet worden uitgeoefend. De overdracht van aandelen op naam moeten in Nederland altijd worden vastgelegd in een notariële akte die door de notaris wordt opgemaakt.

Bron: www.vragenoverbeleggen.nl

Futures

Futures lijken het meeste op opties, alleen gaat het bij futures om grotere hoeveelheden. Een future is een financiële overeenkomst tussen twee partijen. In deze overeenkomst spreken ze af dat op een bepaald tijdstip een bepaalde hoeveelheid van producten, aandelen, goud, olie, etc. moet worden verhandeld. Dit gebeurd tegen een in het contract overeengekomen prijs. Je hebt in dit geval de verplichting om af te nemen, maar je kunt de futures ook verkopen.

Verkopers ook wel schrijvers genoemd van de futures hebben er baad bij dat de koersen dalen, want dan wordt hun futures meer waard. Ze kunnen nu aandelen/producten verkopen tegen een hogere prijs dan ze daadwerkelijk zijn. Kopers willen dat de koers stijgt want dan kunnen ze de aandelen/producten tegen een hogere prijs verkopen dan ze de aandelen gekocht hebben.

Bron: www.vragenoverbeleggen.nl

Beurs

De eerste beurzen ontstonden in Italië, om vervolgens over te waaien naar Brugge, dat in de 14e eeuw hét handelscentrum van Europa was. De naam beurs werd ontleend aan de familie van der Buerse die op dit plein twee herbergen uitbaatte. Waarden en herbergen speelden vanouds een aanzienlijke rol in de handel. Kooplieden ontmoetten elkaar in de herbergen en de waard speelde vaak de rol van makelaar.

De eerste effectenbeurs ter wereld was die van Amsterdam, omdat de VOC (Verenigde Oost-Indische Compagnie) het eerste bedrijf was dat aandelen uit ging geven.

Bron: www.vragenoverbeleggen.nl

Beleggen in het buitenland

Over het algemeen beleggen Nederlanders particulieren op de beurs van Nederland, 'Euronext'. In België beleggen de particulieren meer internationaal op bijvoorbeeld de beurs van Frankrijk en de Verenigde Staten.


Veel banken raden aan om internationaal te beleggen en de beleggingen te verspreiden over verschillende regio's. Als je de beleggingen spreid over meerdere regio's kun je als het in de ene regio slecht gaat dit opvangen met eventueel een andere regio, ook heb je dan niet al je geld in die bepaalde regio zitten en dus kapitaal achter de hand.

De beurzen verschillen wel degelijk van elkaar zo heeft de beurs van Amsterdam de afgelopen jaren het slechter gedaan als de beurs van België.


Het beleggen in het buitenland is vrij gemakkelijk, dit komt mede door dat de beurzen Frankrijk, België en Nederland zijn gefuseerd. Nu is het niet moeilijk en meestal net zo duur om aandelen aan te schaffen voor bijvoorbeeld een Frans bedrijf. Ook het verkrijgen van Amerikaanse aandelen wordt steeds makkelijker.


Indien u besluit om aandelen in het buitenland te kopen is het verstandig om uit te zoeken welke kosten de banken en/of tussenpersonen in rekening brengen. Bij kosten kan gedacht worden aan provisies en transactiekosten. Als de bank in Nederland en de bank in bijvoorbeeld de Verenigde Staten allebei kosten doorrekenen wordt dit dubbelop gedaan.

Bron: www.vragenoverbeleggen.nl

Aandelen aan Toonder

De meeste aandelen zijn aandelen aan toonder. Dit houdt in dat er een papier(fysiek stuk) bestaat van het aandeel. De houder van dit fysieke stuk is eigenaar van het aandeel. Op deze manier zijn de aandelen veel makkelijker verhandelbaar; je geeft het papier over aan iemand anders via de beurs dan wel direct en het aandeel heeft een nieuwe eigenaar.

De aandelen aan toonder zijn onder te verdelen in:
K-stukken
CF-stukken
Global notes

K-stukken
K-stukken zijn de klassieke stukken en bestaan uit een mantel en een dividendblad.

De mantel is het aandeel zelf, met hierop onder andere de naam van de onderneming, de plaats waar ze gevestigd zijn en de nominale waarde van het aandeel. De nominale waarde van het aandeel is de waarde die op het aandeel staat gedrukt. Dit betekent niet dat je het aandeel voor dit bedrag kunt kopen. Deze nominale waarde heeft tegenwoordig niet zoveel betekenis meer.

Het dividendblad bestaat uit dividendbewijzen. Als een onderneming dividend uitkeert, dan gebeurt dit altijd op een bepaald dividend bewijsnummer. De aandeelhouder knipt dan het dividendbewijs met dit nummer van het dividendblad en levert dit in bij de bank, in ruil voor het dividend. Dit systeem gebruikt men tegenwoordig nog maar zelden.

CF-stukken
CF-stukken bevatten geen dividendblad en bestaan dus enkel uit een mantel. Het verschil met de K-stukken is dat de aandeelhouder geen dividendbewijs hoeft in te leveren. Het dividend wordt automatisch uitgekeerd aan de aandeelhouder.

Het Centrum voor Fonds administratie houdt bij op welke dividendbewijzen er dividend is uitgekeerd. De bank bewaart de stukken voor de belegger. Wil de belegger toch de stukken in zijn bezit hebben, dan moet hij deze ruilen voor een K-stuk bij een ruildepot. Ook dit systeem is inmiddels verouderd. Tegenwoordig bezitten de beleggers geen fysieke stukken meer. De fysieke stukken liggen opgeslagen in een kluis bij het Necigef. Necigef staat voor Nederlands Centraal Instituut voor Giraal Effectenverkeer B.V. en is een onderdeel van Euronext Amsterdam.
Sinds het in leven roepen van het Necigef gaat het effectenverkeer bijna altijd giraal. Overboeking van effecten gebeurt zonder dat de fysieke stukken worden verplaatst, de effecten gaan gewoon van de ene effectenrekening naar de andere. Vroeger gebeurde dit door de fysieke stukken te verplaatsen naar de betreffende bank.

Global notes
Global notes zijn in het leven geroepen om het gebruik van de fysieke stukken als het waren te vervangen. In plaats van 10.000 losse aandelen uit te geven van 100,- , geeft een onderneming nu een verzamelbewijs uit dat alle 10.000 stukken omvat en dus een waarde heeft van 1.000.000,-. Het verzamelbewijs wordt in dit geval de global note genoemd. Omdat dit veel in ruimte van de kluizen in de bank scheelt zullen in de toekomst veel aandelen de omzetting krijgen in global notes. Omdat er wettelijk een fysiek bewijs moet zijn van een effect is een global note een goede oplossing. Omdat het in de praktijk voorkomt dat aandelen worden krijt geraakt is het bijna onmogelijk om het totaal aantal aandelen dat uitgegeven is door een onderneming terug te vinden. De global note die dan wordt uitgegeven omvat dan niet het gehele aandelenkapitaal, maar slecht het gedeelte wat geregistreerd is bij Necigef

Aangezien het niet mogelijk is om bij een global note fysieke stukken te leveren aan de aandeelhouder. Krijgt hij een recht op naam, dat betekent dat hij in het aandeelhouder register komt van de onderneming.

Bron: www.vragenoverbeleggen.nl

Een aandeelhoudersovereenkomst

Indien een vennootschap meerdere aandeelhouders heeft, wordt de verhouding tussen de vennootschap en de aandeelhouders, en de aandeelhouders onderling vaak niet alleen geregeerd door de statuten van de vennootschap. Vaak leggen de aandeelhouders hun onderlinge afspraken ook vast in een aandeelhoudersovereenkomst, waarin al dan niet van de statuten afwijkende bepalingen worden opgenomen. Zowel het Hof 's-Gravenhage(1) als het Hof Amsterdam (OK)(2) hebben zich recentelijk weer uitgelaten over de status van een aandeelhoudersovereenkomst. Bij de eerste uitspraak werd een aandeelhouder uitgestoten, en ging het over de prijsbepaling van zijn aandelen. In de tweede uitspraak ging het over de betekenis van de aandeelhoudersovereenkomst bij een enquêteprocedure.

Inleiding
Partijen die van plan zijn samen te werken, kunnen deze samenwerking op diverse manieren structureren. Zo kan gedacht worden aan een participatie in een vennootschap onder firma, maar ook aan een participatie in een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. In het laatste geval worden de participanten allen aandeelhouder van deze vennootschap. Hetgeen tussen de participanten (aandeelhouders) en de vennootschap onderling geldt, wordt bepaald door de statuten van de vennootschap. Vaak wensen de samenwerkende partijen de regelingen in de statuten nader te willen aanvullen, dan wel hiervan af te wijken. Daartoe wordt dan een aandeelhoudersovereenkomst gesloten. De status van de aandeelhoudersovereenkomst blijft aanleiding geven voor gerechtelijke procedures. Zo ook in de hierboven aangehaalde uitspraken.

Hof 's-Gravenhage 7 augustus 2008, JOR 2008/262
In deze zaak ging om het volgende. J. en anderen zijn, via persoonlijke houdstermaatschappijen, de aandeelhouders van J. Holding B.V. ("J-Holding"). Deze vennootschap houdt zich bezig met het in opdracht werven en selecteren van personeel. J. en de andere aandeelhouders sluiten ook allen een managementovereenkomst met J-Holding. J. krijgt een burn-out en wordt vervolgens uitgestoten als aandeelhouder. Ook zijn managementovereenkomst wordt opgezegd. Beide overeenkomsten voorzagen in de mogelijkheid tot uitstoting en opzegging. Het geschil tussen partijen spitst zich toe op de hoogte van de uitstootvergoeding, dat wil zeggen de vergoeding voor de door J. gehouden aandelen. In de aandeelhoudersovereenkomst is een gestaffelde regeling opgenomen met betrekking tot de uitstootvergoeding, in die zin dat een aandeelhouder onder omstandigheden minder dan de waarde in het economisch verkeer van de aandelen zou kunnen ontvangen.

J. stelt zich op het standpunt dat deze regeling nietig is in verband met artikel 2:195a BW. In dit artikel is bepaald dat de statuten een aanbiedingsplicht kunnen bevatten van gedwongen aandelenoverdracht (lid 1) en dat de desbetreffende statutaire regeling zodanig dient te zijn dat de aandeelhouder die dit verlangt, een prijs ontvangt, gelijk aan de waarde van zijn aandelen, vastgesteld door een of meer onafhankelijke deskundigen (lid 3). Volgens J. is een regeling die ertoe leidt dat een aandeelhouder bij gedwongen uitkoop minder dan de werkelijke waarde van zijn aandelen ontvangt, op dat punt (ver)nietig(baar).

Het Hof gaat hier niet in mee. Het Hof deelt weliswaar de mening van J. dat artikel 2:195a lid 3 BW dwingend recht is, maar overweegt dat dit artikel niets bepaalt over overeenkomsten die zo'n regeling bevatten. Hierbij dient in het achterhoofd gehouden te worden dat statuten kunnen worden gewijzigd ook wanneer niet alle aandeelhouders daarmee hebben ingestemd en dat zonder de regel van artikel 2:195a lid 3 BW een aandeelhouder dus tegen zijn wil gedwongen zou kunnen worden om zijn aandelen aan te bieden en over te dragen tegen een prijs die lager is dan de werkelijke waarde. Dit probleem speelt niet bij een (aandeelhouders)overeenkomst, aangezien alle betrokken aandeelhouders daarmee hebben ingestemd. Het Hof is dus van mening dat niet goed valt in te zien waarom het beginsel van de contractsvrijheid hier zou moeten terugtreden. Het Hof wijst verder nog op de herziening van het BV-recht, waarin de zogenoemde expertgroep een advies over artikel 2:195a BW heeft uitgebracht. Dit advies houdt in dat een statutaire afwijking van de wettelijke prijsbepalingsregeling wel mogelijk is, maar dat deze niet werkt ten opzichte van de aandeelhouder die niet met deze regeling heeft ingestemd. Ook op die grond wordt het standpunt van J. niet gehonoreerd.

Hof Amsterdam (OK) 17 juni 2008, JOR 2008/265
Bovengenoemde zaak betreft KPN Narrowcasting B.V. De aandeelhouders van KPN Narrowcasting (waaronder KPN) zijn een aandeelhoudersovereenkomst aangegaan. Hierin is opgenomen dat de samenwerking zich onder meer tot doel stelde de ontwikkeling, verkoop en onderhoud van informatie en netwerktechnologie, het uitvoeren van projecten in retail, business-to-business in dienstverlening op het gebied van communicatie, interactieve media, ontwerp en productie van concepten, redactionele activiteiten, consult en training, service en in- en verkoop van benodigde hardware. De minderheidsaandeelhouders van Narrowcasting hebben een enquêteverzoek ingediend. Ter zitting hebben de minderheidsaandeelhouders gesteld dat de belangrijkste reden om aan een juist beleid te twijfelen en om de rol van KPN aan een onderzoek te onderwerpen is dat zij willens en wetens het businessmodel van de vennootschap en de basis van de joint venture tracht te wijzigen tegen de wil van verzoekers en daarmee de onderneming van KNP Narrowcasting te wijzigen van één "die zich richt op de waarde in de hele narrowcastingketen (…)" in een onderneming zich alleen nog richt op (…) het leveren van infrastructuur en datatransmissie, ook wel "connectivity" genoemd.

De Ondernemingskamer stelt voorop dat de omstandigheid dat KPN Narrowcasting B.V. een andere koers vaart dan de koers die de minderheidsaandeelhouders voor ogen staat op zichzelf nog geen reden vormt om aan een juist beleid te twijfelen, ook niet - althans niet zonder meer - indien dat in strijd zou zijn met de aandeelhoudersovereenkomst of het businessplan 2006 - 2008. Daar komt bij dat de aandeelhouderovereenkomst en voormeld businessplan niet uitdrukkelijk een koers, zoals verzoekers die voorstaan, voorschrijft of zelfs maar indiceert, laat staan één waarin geen wijziging kan worden gebracht op de wijze zoals verzoekers die signaleren. De OK komt derhalve tot de slotsom dat geen feiten om omstandigheden aannemelijk zijn geworden die gegronde redenen opleveren om aan een juist beleid van KPN Narrowcasting te twijfelen. Wel merkt de OK op dat denkbaar is dat partijen bij de nakoming van de uit de aandeelhoudersovereenkomst voortvloeiende verplichtingen te kort zijn geschoten, bijvoorbeeld doordat KPN het als meerderheidsaandeelhoudster ertoe heeft geleid dat KPN Narrowcasting zich tot "connectivity" heeft beperkt, maar dat vormt echter geen onderwerp van deze procedure.

Vormt een (mogelijke) schending van de aandeelhoudersovereenkomst een gegronde reden om aan een juist vennootschappelijk beleid te twijfelen? Nee, zegt het Hof in deze uitspraak. Dit neemt niet weg dat in andere gevallen, namelijk in de zaken Broadnet(3) en Versatel(4) schending van de aandeelhoudersovereenkomst wèl een gegronde reden om aan een juist vennootschappelijk beleid te twijfelen, vormde. Het komt bij beantwoording van deze vraag dus zeer aan op de vraag of werking van de aandeelhouders-overeenkomst in de rechtssfeer van de vennootschap is beoogd.

Bron: www.vbk.nl

Beleggen in Groenfonds

Groenbeleggen was voor 2001 niet erg in trek. Dit is te wijten aan de onduidelijkheid omtrent de fiscale vrijstellingen van groen beleggen. Vandaag de dag wordt er weer volop in groenbeleggingen geïnvesteerd omdat de randvoorwaarden nu helder gedefinieerd zijn.

De overheid stimuleert milieuvriendelijke projecten door financiering van deze projecten aantrekkelijk te maken. Leningen voor een dergelijk project kunnen met een lager rentetarief verstrekt worden en aan 'groene' spaarder / belegger wordt een belastingvoordeel geboden. Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu (VROM) geeft projecten die zich richten op de ontwikkeling en/of instandhouding van bos, natuur en landschap, biologische landbouw, duurzame energie en/of duurzaam bouwen, een 'groenverklaring'.

Hoe werkt het?
Als groene belegger investeert u geld in een 'groenfonds'. Een groenfonds voorziet onder andere in de financiering van milieuvriendelijke projecten. Door te beleggen in een groenfonds leent u in principe goedkoop uw geld aan een bank die op haar beurt het geld leent aan projecten met een 'groenverklaring'. Dit proces wordt ook wel omschreven met de term 'groene financiering'. 70% van het geld moet besteed worden aan projecten die een 'groenverklaring' van het VROM hebben. De overige 30% kan 'vrij' belegd worden.

De huidige regeling omslaat een percentage van 1,2% vrijstelling op de vermogensrendementsheffing in box 3 en een extra heffingskorting van 1,3% voor het vrijgestelde belegde bedrag. In totaal een fiscaal voordeel van 2,5% ten opzichte van gewoon sparen en beleggen.

Het rendement van de projecten ligt niet erg hoog (2% - 4%) maar het risico is klein en de fiscale vrijstelling van de rente en dividenden, tot een maximum van 51.390 euro per belastingplichtige, maakt het geheel erg interessant.

Goed om te weten is dat er jaarlijks een nieuw overzicht wordt opgesteld met alle projecten die voor de zogehete 'groenverklaring' in aanmerking komen. Ook sommige projecten in het buitenland worden opgenomen.

Bron: mistermoney.nl

maandag 25 januari 2010

Zelf Beleggen

Om je goed te oriënteren moet je jezelf een spiegel voorhouden. Je moet goed voor ogen krijgen wat je doel is met het vermogen. Wat wil je ermee doen? Wanneer heb je het nodig? Wat is het streefrendement? En tenslotte: bij welk percentage verlies worden rustige nachten omgezet in slapeloze uren? Oftewel, hoeveel risico wil je en kan je lopen?

Al deze vragen helpen bij het vaststellen van een beleggersprofiel, dat de basis vormt voor de invulling van je effectenportefeuille.

Vervolgens zijn er drie mogelijkheden: je gaat zelf actief beleggen, je steekt je geld in beleggingsfondsen, of je laat het door een vermogensbeheerder beheren.

Zelf beleggen
Zelf gaan beleggen is de eerste mogelijkheid. Maar zelf een effectenportefeuille opbouwen en beheren is complex. Omdat je er geen ervaring mee hebt is dat af te raden. Als je er toch voor kiest zul je er voldoende tijd voor moeten uittrekken om je erin te verdiepen.

Een goed gespreide portefeuille bestaat tegenwoordig uit wereldwijde beleggingen, nieuws komt binnen met de snelheid van het licht en je moet snel kunnen inspelen op wereldwijde ontwikkelingen. Tenslotte komen er steeds meer ingewikkelde financiële producten op de markt, waarvan vaak alleen een expert echt de risico’s kent.

Beleggingsfondsen
Een beleggingsfonds is een mandje van aandelen of obligaties, of een mix daarvan. Meerdere beleggers doen mee in een fonds. Meerdere beleggers doen mee in een fonds en creëren zo een groot fondsvermogen. Beleggers kunnen zo een spreiding van hun beleggingsportefeuille bereiken die anders alleen met een veel groter vermogen haalbaar is.

Belangrijk voordeel daarvan is de spreiding van het risico. De beleggingen worden beheerd door een fondsbeheerder, die dagelijks bezig is met beleggen. Ook dat kan een voordeel zijn.

De kosten zijn een groot nadeel. Beleggingsfondsen zijn relatief duur en bovendien zijn ze vrij statisch. Een beleggingsfonds kan niet zomaar worden aangepast aan veranderende marktomstandigheden of nieuwe persoonlijke doelstellingen. In de regels is opgenomen hoe de beheerder dient te beleggen. Een aandelenfonds, dat voor honderd procent in aandelen belegt, kan niet ineens in obligaties beleggen omdat de aandelen hard dalen.

Vermogensbeheer
Je kunt het beleggen ook uitbesteden aan een vermogensbeheerder. Op basis van je beleggersprofiel zal hij je portefeuille opbouwen en beheren. Daarvoor spreek je van te voren de kaders af.

De invulling van je portefeuille is afhankelijk van het beleggingsbeleid dat de vermogensbeheerder voert. Sommige vermogensbeheerders richten zich op fondsbeheer, waarbij actief wordt belegt in beleggingsfondsen, of beleggingsproducten (bijvoorbeeld trackers). Het kan ook op de klassieke manier: direct in aandelen, obligaties of vastgoed.

Let bij de keuze voor een vermogensbeheerder ook op zijn onafhankelijkheid, resultaat en de vergoeding.

Meer weten? Kijk dan hier op de site van de Beleggingsassistent.

Marvin Koster

expert@z24.nl

088-5928113

Bron: z24.nl

vrijdag 22 januari 2010

Beleggen in Dubai

Het kan niet op in de Golfregio. De hoge olieprijs heeft het gebied slapend rijk gemaakt en dat is te merken. Het meest in het oog springend zijn de megalomane wolkenkrabbers en exentrieke eilandengroepen die met grote regelmaat verrijzen.

Maar ook wat minder zichtbaar vloeien de oliedollars rijkelijk. Investeringsmaatschappijen van de oliestaten steken miljarden in westerse bedrijven, zoals Citigroup, Deutsche Bank, Sony, AMD en de Zweedse beurs. Omgekeerd verdringen westerse multinationals elkaar om in het gebied te investeren.

Als nieuw handelscentrum trekken de landen rond de Perzische Golf dan ook de belangstelling van beleggers. Merrill Lynch speelt hierop in met het Gulf Investible Index Certificaat, dat volgende week van start gaat en dagelijks verhandelbaar wordt in Amsterdam.

Wat is het?
Het certificaat is gekoppeld aan de Merrill Lynch Gulf Investible Index. Deze telt twintig aandelen met een notering in Abu Dhabi, Bahrein, Oman, Qatar, Dubai en Koeweit. De nadruk ligt op de laatste twee landen.

Het gaat om fondsen met een marktkapitalisatie van minimaal één miljard dollar en een gemiddelde dagomzet van ten minste tien miljoen dollar.

Met een weging van slechts 0,7 procent, speelt de olie- en gassector in de index een opvallend kleine rol. Het leeuwendeel betreft banken, hypotheekverstrekkers en vastgoedmaatschappijen. Vreemd is dit niet, want door de bevolkingsgroei en toestroom van buitenlanders neemt de vraag naar onroerend goed een grote vlucht.

Wat levert het op?
Terwijl de meeste beurzen in 2007 door het ijs zakten, mocht de Gulf Investible Index 46,3 procent bijschrijven. De beursprestaties lopen per land wel flink uiteen.

De aandelenmarkten van Bahrein en Koeweit zetten de stijgende lijn recentelijk nog onverminderd voort. De indices van Qatar en de Verenigde Arabische Emiraten daarentegen vertonen grote schommelingen. Het toekomstige rendement laat zich dus moeilijk voorspellen.

Wat zijn de risico’s?
Het certificaat kent relatief weinig spreiding. Je belegt in slechts één regio, waarbij de financiële sector is oververtegenwoordigd. Bovendien herbergt de index slechts twintig fondsen, waarvan er vier een weging van meer dan 12 procent hebben.

Onroerend goed-maatschappijen zijn stevig vertegenwoordigd, met name in Dubai. Mocht zich in Dubai een onroerendgoed-zeepbel ontwikkelen, dan heb je een probleem. Realiseer je verder dat Dubai, dat ruim 30 procent van de index vertegenwoordigt, kampt met een sterk oplopende staatsschuld.

Wat kost het?
Merrill Lynch rekent een beheervergoeding van één procent per jaar. Dat is relatief laag vergeleken met het gemiddelde beleggingsfonds. De minimum inleg bedraagt 100 euro.

Zijn er alternatieven?
Er zijn nog nauwelijks gespecialiseerde producten beschikbaar die zich richten op de Golfregio. Wel bestaan er diverse beleggingsfondsen die beleggen in het Midden-Oosten, eventueel aangevuld met Afrika en/of Europa. Deze bieden meer spreiding, maar zijn doorgaans wel duurder.

Een groot nadeel van het certificaat is dat moeilijk valt te doorzien waar je precies in belegt.

Kuwait Finance House, Amlak Finance en Emaar Properties zijn in de regio bekende namen. Maar wat deze bedrijven precies doen, hoe de geldstromen lopen en wie aan de touwtjes trekt, blijft voor de gemiddelde Nederlandse belegger gissen.

Bron: Z24

Beleggen in Diamant

Jarenlang werd gezegd dat succesvol investeren in diamant een fabeltje was en je maar beter voor vaste waarden zoals aandelen, obligaties en vastgoed koos. Het tegendeel is intussen waar gebleken: de aankoop en verkoop van diamanten is een aan te raden vorm van belegging, zo geven ons de cijfers gelijk. In het verleden is het helaas wel ooit anders geweest, maar dat was vooral een gevolg van speculatie van een aantal malafide figuren.

Misbruiken in het verleden
We willen vooral de waarheid vertellen en geven het meteen toe: het is inderdaad zo dat in het verleden een aantal mensen flink wat geld verloor door op grote schaal en massaal in diamant te investeren. Dit kwam omdat in de jaren 1970 het baar geld aan waarde had ingeboet en mensen op zoek waren naar andere manieren om hun zuurverdiende centjes op een rendabele wijze te investeren.

Het vastgoed zat toen in de lift, maar velen zochten naar andere manieren om hun geld beter te laten renderen. Toen werd door een aantal speculanten in de diamantsector het bericht de wereld ingestuurd dat investeren in diamant een gegarandeerd lucratieve vorm van beleggen was. gevolg was dat mensen massaal diamant begonnen aan te kopen, in de rotsvaste overtuiging dat de rendabiliteit optimaal was en ze er schatten zouden meer verdienen.

Gevolg was echter dat door de plotse grote stijging van de vraag de prijs van de diamant artificieel de hoogte werd ingejaagd. Heel wat speculanten vroegen hoge, irreële prijzen voor hun diamanten. De handelaars zelf moesten heel wat geld investeren om nog diamanten te kunnen aankopen. De verkoopprijzen sprongen uit de pan, en op korte tijd escaleerde de diamanthandel.

Ineengestuikt kaartenhuisje
Het fenomeen was niet nieuw, want het deed zich eerder ook voor in de sector van het zilver, waarvan men op een bepaald ogenblik zelfs voorspelde dat het duurder zou worden dan goud. Ook in de kunstwereld liepen de prijzen op een bepaald moment torenhoog op.

Deze situatie kon niet blijven duren, en op een bepaald moment gebeurde het onafwendbare: de prijzen stortten ineen als een kaartenhuisje. Veel handelaars gingen toen mee de dieperik in, net als heel wat beleggers die bij verkoop van hun diamanten de prijzen zagen teruglopen tot een derde, ja zelfs een kwart van de aankoopprijs.

Zekere belegging
Vandaag is de situatie gelukkig helemaal anders. Diamantairs en beleggers hebben duidelijk lessen getrokken uit het verleden. Wie nu diamanten koopt, weet op voorhand dat hij een zekere belegging doet. Er worden geen excessieve winstmarges meers gevraagd of geboden, enkel een gezond en verantwoord stijgingspercentage en de zekerheid dat de kansen op verlies minimaal zijn.

De diamantsector mag er dan ook prat op gaan dat ze voorbije jaren haar geloofwaardigheid heeft teruggevonden. Heel wat handelaars, en zeker in Antwerpen, bieden absolute kwaliteit in hun dienstverlening en kunnen de mensen die de aankoop of verkoop van diamant overwegen geruststellen.

Niet verwonderlijk dus dat diamant volop in de lift zit en de limiet zeker nog niet bereikt is. De markt functioneert momenteel naar behoren tot tevredenheid van de koper en verkoper, de kwaliteit van wat te koop wordt aangeboden is van hoge kwaliteit en dit maakt dat de klant weer in alle vertrouwen die prachtige steentjes die we diamanten noemen die ‘a girl’s best friend’ zijn kunnen aankopen.

Bron: www.diamant-info.be

Beleggen in Zonne Energie

Eén van mijn bewuste portefeuille keuzes is zonne-energie geworden. Ik heb in de Global Energie Newsletter heel bewust een positie genomen in de grootste leverancier van zonnepanelen ter wereld. Ik noemde het recent al 'mijn beste aandeel'. Toen was dat nog op een koers die op verlies stond, nu is de winst in korte tijd al opgelopen tot 78%. Ik moet onderhand naar een ander 'beste' aandeel, want hoeveel verder kan zo'n aandeel in zo'n korte tijd nog stijgen.
Structureel zit zonne-energie goed. Denk daarbij verder dan alleen maar panelen voor op het dak. We gaan ook toe naar jassen die zonne-energie opvangen, om telefoons, PDA's en MP3 spelers op te laden. We gaan naar hybride auto's die een deel van hun energie via zonne-energie opvangen, maar het leeuwendeel zal toch gaan naar gebouwen als huizen en kantoren die in de toekomst energie neutraal moeten gaan worden.
Daarom denk ik dat de toekomst in zonne-energie ligt, we kunnen er simpelweg niet omheen.

De olieprijs net onder de $100 is een mooie stimulans.
Volgens de gevestigde denkbeelden zal zonne-energie nooit meer dan een paar procent van de totale energie behoefte kunnen opvangen. Ik denk dat uiteindelijk de zon de voornaamste energiebron voor de mensheid zal gaan worden. Ze is van alle energiebronnen de meest betrouwbare. Zeker als we het boven de wolken, dus in de ruimte, kunnen opvangen en dan naar de aarde sturen. Dat zou nog eens een mooie oplossing zijn.

Beleggen in Energie aandelen kan via/met www.globalenergynewsletter.nl

Bron: www.beursbox.nl

Beleggen in duurzame energie

Iedereen weet het inmiddels: onze aardolie raakt langzaam maar zeker op en energie is veel duurder dan enkele jaren geleden. De makkelijk winbare aardoliereserves zullen over enkele jaren verdwenen zijn en de moeilijk winbare (synthetische) olie uit bijv. de oliehoudende teerzanden en steenkool kunnen de huidige behoefte rekken met 100 tot 150 jaar, maar zijn uiteindelijk ook eindig.


Het vergassen van kolen is overigens wel een milieuvriendelijke manier van het gebruik van kolen waarbij de CO2 ondergronds wordt opgeslagen. Er zijn vele schone alternatieven waar al vele jaren met veel te weinig geld naar gekeken wordt.



Zonne-energie en windenergie bijvoorbeeld worden NIET duurder. Op dit moment is het rendement nog laag, maar met voldoende financiële steun kan er veel meer onderzoek gedaan worden. Mochten olieprijzen rond het huidige hoge niveau van 75 dollar blijven, dan zijn in de meeste van doorgerekende scenario's grote windparken wel winstgevend. De productie van zonnecellen voor zonne-energie is duur, maar met voldoende innovatie en financiele steun kunnen deze kosten omlaag gebracht worden.



Echter; machtige oliemaatschappijen en staatsoliemaatschappijen houden de ontwikkeling hiervan om redenen van geld (winst) en macht tegen. Steeds meer landen die geen eigen reserves hebben worden in hun zucht naar energie afhankelijk van energierijke landen, die daarmee een machtig middel tot bijv. politieke chantage hebben. Voorbeelden hiervan zijn Rusland en Iran. Zijn de huidige (westerse) overheden te zwak, of zijn deze zelf te veel verweven in de energie-machtspolitiek om een lange-termijn-weg uit te stippelen met alternatieven? Of blijft de korte-termijn politiek van het eigen-partij-gewin de boventoon voeren?



Door een weifelend overheidsbeleid in de afgelopen decennia is er nog niets wezenlijks veranderd. In Denemarken formuleerde een sterke overheid duidelijke visies, stelde heldere spelregels op en zorgde voor een voorspelbare financiële ondersteuning. De Nederlandse overheid, zowel van linkse als rechtse signatuur, toonde zich bij herhaling een minder betrouwbare partner. Ze veranderde vaak van strategie en was grillig in haar subsidie- en belastingbeleid, met om de paar jaar het veranderen van subsidiestructuren.



De G8 (laatste bijeenkomst op 15/16 juli 2006 in St.Petersburg-Rusland) wil de komende 25 jaar 17 duizend miljard dollar investeren in de opsporing, winning en het transport van fossiele brandstoffen en de uitbouw van het kernenergievermogen. Het duurt duizenden jaren voordat het stralingsniveau van het afval dat vrijkomt bij kernenergie niet meer schadelijk is voor mens en dier. Ook het afval van fossiele brandstoffen vergt hoge investeringen om het milieu te ontzien. De G8 koerst nu dus juist af op het veiligstellen van de olieverslaving in de komende tientallen jaren.

Ook deze investeringen beogen slechts een tijdelijke oplossing. Kan dat geld niet beter besteedt worden aan een snellere ontwikkeling van alternatieven die blijvende energie voor vele eeuwen leveren, dus ook voor ons nageslacht? Hoe staat het met de ontwikkeling van kernfusie? Gaat hier wel voldoende geld naar toe?

Mijns inziens zullen we voorlopig nog jarenlang gebruik moeten maken van de huidige energiebronnen, echter de ontwikkeling van alternatieve energieverwekkers zal veel meer dan nu het geval is op de voorgrond moeten treden.

Landen als Zweden en Denemarken zijn inmiddels op de goede alternatieve weg. Laten deze landen een voorbeeld zijn voor anderen.

Veel onderzoekers gaan ervan uit dat op de lange termijn kernfusie gecombineerd met alternatieve energiebronnen zoals zonne-energie, windenergie, geothermische energie, en bio-energie de rol als energieleverancier voor de wereldeconomie van fossiele brandstoffen zal kunnen overnemen. Maar daar is politieke wil voor nodig. Overheden moeten dan nu beginnen met het stimuleren van de ontwikkeling hiervan, veel meer dan nu het geval is.

Bron: www.eengoedebelegging.nl

Groene Beleggingen

Een dubbele uitdaging
Het huidige succes van de o.a. ecokredieten bij de gezinnen toont de groeiende belangstelling voor groene energie aan. We staan dan ook voor enorme uitdagingen:

De eerste uitdaging is natuurlijk het “groene aspect”. Er wordt gestreefd naar een verminderde uitstoot van broeikasgassen, vooral koolstofdioxide (CO2).
De tweede uitdaging is van economische aard. Terwijl een gezin zijn energiefactuur naar beneden wil zien gaan, proberen de regeringen hun energieafhankelijkheid terug te dringen. Zo beschikt Europa niet over grote voorraden fossiele brandstoffen zoals gas of olie, en is het dus verplicht die in te voeren. Europa wil dan ook – bij voorkeur op een duurzame manier – zijn eigen energieproductie verhogen, zodat het niet langer gegijzeld kan worden door crisissen bij de producenten. Daarvan zijn de spanningen in het Midden-Oosten of de gespannen betrekkingen tussen Rusland en Oekraïne een goed voorbeeld.

Een groene energiemix
Er bestaan tal van groene energiesoorten. Terwijl bepaalde vormen van technologie (zoals waterstofcellen) nog in de kinderschoenen staan, werden andere al uitgebreid getest en worden ze steeds verder verfijnd. Bij die laatste vermelden we in de eerste plaats:

windenergie: momenteel is ons landschap nog niet bezaaid met windmolens. Het eerste Belgische “off-shore” windmolenpark, dat onlangs in gebruik werd genomen voor de kust van Zeebrugge, heeft een vermogen van 5 MW (Megawatt) – voldoende voor de elektriciteitsbehoefte van meer dan 650 gezinnen (verwarming niet inbegrepen);
zonne-energie: die vorm van energie is het best vertegenwoordigd. Een oppervlakte gelijk aan 0,58% van die van de Europese Unie zou volstaan voor het verbruik van de EU. Het hoeft dan ook niet te verwonderen dat het gebruik van zonne-energie de voorbije jaren is toegenomen met meer dan 30% op jaarbasis.


Groene energie is dus volop aanwezig en zou ruimschoots volstaan om te voldoen aan de wereldwijde energievraag, die geraamd wordt op 14 TW (Terawattuur), oftewel 14 000 000 000 KW. Alleen al de totale zonne-energie die door de atmosfeer, de oceanen en het aardoppervlak wordt opgenomen, wordt op 122 000 TW geschat! Momenteel bevinden de energiebronnen zich echter niet altijd op de plaats waar ze gebruikt worden. Bovendien is het moeilijk ze om te zetten, te vervoeren en op te slaan.

Een voorbeeld: één van de meest zonrijke gebieden van onze planeet is de Sahara. Uit die vaststelling ontstond het project Desertec. Als de politieke en technische hindernissen overwonnen kunnen worden, zal dit project – met een gigantisch budget van 400 miljard euro – 15% van de energiebehoeften van Europa kunnen dekken!

Potentieel ?
Terwijl de link tussen de prestaties van de “traditionele” energiesector – met vooral de grote oliemaatschappijen – en de evolutie van de olieprijs (Brent) vanzelfsprekend is, lijkt die band minder voor de hand liggend voor de sector van de groene energie. En toch kunnen we, zoals blijkt op onderstaande grafiek, vaststellen dat die correlatie wel degelijk bestaat. Olie zal immers een stimulerende economische rol spelen. Hoe duurder de olie, hoe meer de verbruikers geneigd zullen zijn om naar alternatieven te zoeken.

Het potentieel van de sector is immens en evenredig met de doelstellingen en behoeften aan groene energie. De VS willen 150 miljard dollar investeren in de sector en Europa mikt op een aandeel van 20% voor groene energie tegen 2020.



Toch is de horizon nog niet helemaal opgeklaard. De sector hangt immers nog in sterke mate af van toelagen van de overheid, die nu veeleer geneigd is de broeksriem aan te halen. Bovendien torst die overheid vaak een zware schuldenlast en krijgt ze momenteel moeilijk toegang tot de kapitaalmarkten. In deze sector is het van essentieel belang om in de voorhoede van de technologische vooruitgang te staan, wat grote investeringen in Onderzoek & Ontwikkeling vergt.

Besluit
Hoewel de sector van de groene energie op halflange en lange termijn een groot potentieel inhoudt, gaat het eveneens om een nog jonge sector die in volle ontwikkeling is. De ondernemingen zijn kwetsbaarder en gevoeliger voor het “economisch klimaat”, wat leidt tot een grotere volatiliteit. Beleggen in deze sector moet dan ook passen in een langetermijnvisie met een voorkeur voor diversificatie.

Bernard Bemelmans – Investment Strategy – Dexia Bank



Bron: http://standaard.typepad.com

Beleggen in Iran

Een stabiele Iraanse economie
Ondanks prijsschommelingen van ruwe olie op de wereldmarkt na 9/11 en de aanzienlijke overcapaciteit van die olie heeft de regering van Iran vastgehouden aan de uitvoering van haar niet-expansief fiscaal beleid. Dat heeft geleid tot een rotsvast vertrouwen van het publiek in het economisch beleid met als resultaat een redelijke economische groei. De huidige politieke situatie in Iran zet echter een rem op diverse verdergaande ontwikkelingen. Buitenlandse investeerders zijn afwachtend en de handel naar het buitenland staat onder druk. Het is ongewis wat de toekomst zal brengen.

Handel met Iran
Olie- en gasvoorraden zijn zeer belangrijk voor de economie van Iran. Ruim 80% van de exportopbrengsten en 40% van overheids- inkomsten zijn afkomstig uit de oliesector. Iran beschikt over de op een na grootste gasvoorraden en op twee na grootste olievoorraden ter wereld. President Ahmadinejad heet na zijn verkiezing ingezet op een economisch herstel van het land. Na 2006 zijn talrijke Iraanse staatsbedrijven geprivatiseerd. Het land heeft een goed ontwikkelde particuliere sector, die voornamelijk bestaat uit het midden- en kleinbedrijf in de landbouw en industriele sectoren.br>
Iran is een land met een relatief open handelstraditie. Omdat de buitenlandse investeringen op een laag niveau bleven steken, zijn er versoepelingen doorgevoerd in de buitenlandse handel en de belasting op export wordt langzamerhand afgeschaft.


Buitenlandse investeringen in Iran
Buitenlandse investeringen blijven op een laag niveau steken, ondermeer vanwege de slechte wetgeving hieromtrent. Langzamerhand worden wel steeds meer buitenlandse valuta verhandeld hetgeen de stabiliteit in de valutamarkt ten goede komt. Belangrijk is Iran als doorvoerland naar de diverse Centraal-Aziatische landen in de regio. Het Iraanse spoorwegnet verbindt de Centraal-Aziatische staten met de Perzische Golf en dus met Europa. Er loopt tevens een spoorweg van Tabriz naar Istanbul in Turkije via Sharafkhaneh, waardoor de reistijd voor goederen bestemd voor Pakistan teruggebracht is tot minder dan 10 dagen. Het Iraanse spoorwegennet bedraagt 10.000 km, waarvan 6.000 km op de belangrijkste vervoersroute. Per jaar reizen 9 miljoen passagiers per trein en wordt 23 miljoen ton vracht vervoerd per spoor. Het is volgens de wet "Attraction en bescherming van de buitenlandse investeringen" aan buitenlandse beleggers toegestaan te beleggen en activiteiten te ontplooien in alle economische particuliere sectoren in de vorm van "joint venture" met Iraanse partner. In december 2006 heeft de Veiligheidsraad op 23 december 2006 resolutie 1737 met bepaalde sancties voor Iran.

Bron: watisbeleggen.nl

Beleggen in Maleisie

Grondstoffen Maleisie
De structurele transformatie van de economie van Maleisië in de afgelopen 40 jaar kan spectaculair worden genoemd. Maleisie wordt vaak het "het gelukkige land" genoemd vanwege van de rijkdom aan bodemschatten en vruchtbare bodems. Het is een van de grootste producenten van tin en rubber in de wereld. Omdat het land afhankelijk was van de prijsschommelingen op de wereldmarkt, nam de regering maatregelen die ertoe moesten leiden dat er in de landbouw en industrie meer variatie zou ontstaan. Palmolie, cacao, peper, ananas timmerhout en tabak zijn nu een belangrijk deel van de agrarische productie. Ook olie en gas leveren een aanzienlijke bijdrage aan de economie. Om minder afhankelijk te zijn van landbouw en de aanwezige grondstoffen, nam de regering het besluit de economie om te bouwen naar een geavanceerde technologische productie- en exporteconomie. De afgelopen jaren behoorde de economie van Maleisië tot de tijger-economie's en was het een van de snelst groeiende ter wereld. Maleisie heeft een lage werkloosheid en een goed opgeleide beroepsbevolking. Ook beschikt het land over een uitstekende infrastructuur. Maleisië bevorderd buitenlandse investeringen door het bieden van aantrekkelijke fiscale voordelen, soepele douanefaciliteiten. Volgens het plan 2020 moet in het jaar 2020 Maleisie een volledig geïndustrialiseerde natie zijn met een concurrerende en dynamische economie. Maleisië is momenteel het 5de meest concurrerende land in de wereld tussen de landen met een bevolking van meer dan 20 miljoen. Dit is een verbetering van de 8e positie in 2003. 88% van de bevolking van Maleisië is islamitisch.

Bron: watisbeleggen.nl

Beleggen in Nigeria

Nigeria is het dichtstbevolkte land van Afrika met een officiële bevolkingscijfer van 120 miljoen (de 11de grootste staat in de wereld). Het land groeit jaarlijks gemiddeld met 2,3 procent. Hausa, Ibo en Yoruba zijn de belangrijkste bevolkingsgroepen die meer dan 40 procent van de bevolking uitmaken.

BBP Nigeria
Nigeria de op een na grootste economie in op Afrikaanse continent. Olie-inkomsten maken voor 60 procent deel uit van het BBP van Nigeria. 90 procent van haar inkomsten krijgt Nigeria dmv buitenlandse valuta. Nigeria is de 10de grootste olieproducent van de wereld met de bewezen reserves van 30 miljoen vaten. Het heeft tevens de 3e grootste gasvoorraad in de wereld (meer dan 3 biljoen kubieke meter aardgas). Momenteel levert Afrika meer olie aan de VS dan het Midden-Oosten en de groei zet zich nog steeds doo. Nigeria profiteert heet meest in Afrika van die olielevering. Sinds 1996 bepaalt de Centrale Nigeriaanse Bank het monetaire beleid en is de inflatie door effectief beleid terugbracht van meer dan 70 procent per jaar tot minder dan 10 procent. Ook is de Nigeriaanse munteenheid relatief veel stabieler geworden, in vergelijking met de eerste helft van de jaren 1990. Bij het aantreden van de nieuwe democratische burgerregering in 1999 werd die geconfronteerd met devaluatie en uitgeputte deviezenreserves. Deze nieuwe burgerregering heeft beleid ontwikkeld om de gevolgen van ht vorige economische wanbeleid van de vorige militaire machthebbers het hoofd te bieden. Maatregelen zijn getroffen om de valutavlucht te beteugelen en de verloren gegane deviezenreserves te herstellen. De slechte staat van de economie van het land en haar infrastructuur en de inflatoire druk heeft geleid tot herwaardering van de Nigeriaanse munt. Nigeria is zowel economisch als politiek gezien een zeer belangrijk land voor de Europese Unie. In het handelsverkeer, heeft Nigeria een grote rol bij de uitvoer van landbouwproducten en aardolieproducten aan Europa, terwijl het land ook een belangrijke importeur is van Europese producten. Meer dan 60 procent van de bevolking is betrokken bij de productie van voedselgewassen. Regionaal is Nigeria het grootste land in West-Afrika en met zijn grote menselijke en natuurlijke hulpbronnen heeft Nigeria de potentie om als aanjager te fungeren voor de economische groei van de gehele regio. Nigeria was samen met vier andere leden van de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse landen (ECOWAS) - Gambia, Ghana, Guinee en Sierra Leone - de initiatiefnemer voor de oprichting van de West-Afrikaanse Monetaire Zone (WAMZ) op 1 juli 2005. Voorts wekrt Nigeria met man en macht om van het imago van de frauduleuze en corrupte Nigeriaan af te komen.

Bron: watisbeleggen.nl

Beleggen in Indonesie

De Republiek Indonesië is het grootste archipelland van de wereld, bestaande uit 17.508 eilanden dat zich uitstrekt langs 5120 kilometer van oost naar west, en 1760 kilometer van noord naar zuid. De eilanden hebben een oppervlakte van ongeveer 2 miljoen vierkante kilometer en de territoriale wateren bijna vier keer van die grootte. De totale bevolking van Indonesië is ruim 200 miljioen.

Export Indonesie
De export is na 9/11 sterk gedaald. Met de zwakke prognoses voor de export en de aanhoudende bezorgdheid over de veiliheid in bepaalde regio's zijn met name de buitenlandse investeringen in fabrieken en apparatuur teruggevallen. In 2003 groeide het bruto binnenlands product (BBP) met 4,1%, de kleinste groei in vijf jaar.

De export is daarna evenwel flink gestegen door de prijsstijgingen van de grondstoffen waaraan Indonesië rijk is, zoals hout, gas, koper en kolen. Het exportvolume van deze producten daalde evenwel. Omdat het huidige groeipercentage van gemiddeld 5,5 procent over de laatste vier jaar niet genoeg was om armoede en werkloosheid te bestrijden moet Indonesië nog steeds een groot aantal problemen oplossen.

Buitenlandse bedrijven hameren op verbetering van de infrastructuur en de elektriciteitsvoorziening om investeringen aan te kunnen trekken. Ook is de rechtszekerheid ondermaats en de corruptie groot. Indonesië is ook minder aantrekkelijk voor bedrijven vanwege het hoge minimumloon. Al deze zaken bepalen dat de investeringen in Indonesie te laag zijn. De Indonesische overheid heeft daarom inmiddels de subsidie op energie teruggebracht. Toch gaat naar schatting eenvijfde van het overheidsbudget nog steeds op aan het subsidiëren van brandstoffen en elektriciteit. Ook maakt men goede vorderingen bij het terugdringen van de corruptie.

Indonesië in 2009
Indonesie is inmiddels wel de grootste economie van Zuidoost Azië geworden. De economische groei heeft zich in 2009 doorgezet ondanks de wereldcrisis en zal waarschijnlijk uitkomen op een groei van zo'n 4.5 %, voornamelijk veroorzaakt door toename van de uitgaven door consumenten (6%) en de overheid (19%). De groei wordt extra bevorderd door de steun aan het vrije ondernemerschap en heeft ervoor gezorgd dat Indonesië een van de sterkst groeiende economieën van de wereld is.

Bron: watisbeleggen.nl

Beleggen in Japan

Japan: 's werelds tweede grootste markt
Japans betekent ook het land van de nieuwste technologieën. De Japanse bedrijven in Japan zijn in staat goed te luisteren naar de wensen van de consument als het gaat om het ontwikkelen van nieuwe producten. Veel producten in de wereld hebben hun oorsprong in Japan. Japan is een ideale test-markt voor nieuwe producten en diensten.
De hoofdstad Tokyo met 12 miljoen inwoners, is het centrum van politiek, economie en cultuur in Japan. Er zijn meer dan 700.000 bedrijven in Tokyo, waarvan meer dan 90 procent in de kleine en middelgrote sector. Ongeveer 70 procent van de circa. 8 miljoen werknemers is hierin werkzaam. Van de buitenlandse ondernemingen is ongeveer 70% geconcentreerd in en rondom Tokyo.

Export en import van goederen
Japan produceert veel voor de export: auto's, elektronische apparaten en computers. Een kwart van de export gaat naar de VS, waarmee het land de belangrijkste handelspartner van Japan is. Andere belangrijke exportlanden zijn Taiwan, Hong Kong, Zuid-Korea, China en Singapore. De belangrijkste ingevoerde goederen zijn grondstoffen zoals olie, levensmiddelen, en hout. Belangrijke leveranciers zijn de VS, China, Indonesië, Zuid-Korea en Australië.

Japanse industrie
Japanse ondernemingen van alle groottes (van kleine ondernemingen tot grote multinationals) produceren unieke en innovatieve producten en diensten. Buitenlandse bedrijven worden een veelheid van mogelijkheden geboden als partner in Japanse ondernemingen. Door partnerschappen met de Japanse ondernemingen aan te gaan worden buitenlandse bedrijven in staat gesteld een groter belang in de wereldmarkt te verkrijgen door verhoging van productontwikkeling en fabricage-efficiency. Japan wordt gezien aals het platform van productinnovatie.

Japanse export
Oost-Azië blijft groeien in een verbazingwekkend tempo en de economische integratie in de regio blijft toenemen. Was in 1980 in Oost-Azië het aandeel van het mondiale BBP slechts 17%, in 2005 is dat cijfer gestegen tot 29%. E.e.a gevolg van de robuuste economische groei van Oost-Azië, met Japan als aanjager. In Oost-Azië wordt gewerkt aan de totstandbrenging van een Oost-Aziatische vrijhandelszone. Dit zal bijdragen tot verdere uitbouw van de handel in de regio.

Investeringen in Japan
Japan wordt steeds aantrekkelijker als investeringsland door het streven van de regering van verbetering van het ondernemingsklimaat. Belemmeringen voor het investeren in Japan zijn aanzienlijk verminderd in vergelijking met 10 jaar geleden./ Het klimaat voor uitbreiding van buitenlandse bedrijven in Japan is gestaag verbeterd.

Economische ontwikkelingen in Japan
In 2009 leek de situatie voor Japan hoopgevend door de aantrekkende export. Echter door de wereldwijde economische recessie werd sslechts een groei van 1% genoteerd en zijn de prijzen inmiddels weer aan het dalen. Japan lijkt dus in een eeuwigdurende recessie te blijven. De staatschuld is inmiddels opgelopen tot tweemaal het bruto nationaal product BBP. Ook voorziet het land grote problemen met de snelvergrijzende bevolking.

Bron: watisbeleggen.nl

Wat is een Call Optie | Wat is een Put Optie

Het recht, en niet de plicht, om een onderliggende waarde van bijvoorbeeld een aandeel te kopen (call) of verkopen (put) tegen een prijs die vooraf is afgesproken (uitoefenprijs) gedurende een bepaalde periode (de looptijd) wordt “optie” genoemd.

Mogelijkheden bij opties
- koop van een call optie (hoger rendement dan met aandelen mogelijk)
- koop van een put optie (speculeren op een daling van een aandeel)
- koop van een put optie (beschermen van portefeuille tegen koersdalingen)
- Voor de gevorderde belegger biedt opties de mogelijkheid om specifieke strategieën uit te zetten.

Taal van opties
In de media staan opties apart genoteerd. Voorbeeld is 'AAB C DEC 2007 14,00 met een premie van EUR 4,60'. Deze gegevens zijn als volgt te lezen: “calloptie” van het aandeel “ABN AMRO BANK” met een “looptijd (geldigheid) tot december 2007” en een “uitoefenprijs van EUR 14,00”. Dit 'recht' kunt u kopen door EUR 4,60 aan premie te betalen. Aandelenopties hebben altijd betrekking op 100 aandelen u betaalt daarom EUR 460,- voor 1 contract. Aandelen- en indexopties lopen af op de derde vrijdag van de maand.

Beweeglijkheid
U koopt een call optie als u een stijging van de onderliggende waarde verwacht en een put optie indien u een daling verwacht. Beweeglijkheid (volatiliteit) is echter een belangrijke factor in het spel van opties. Een risicofactor voor de koper (houder) van opties is dat de onderliggende waarde (bijvoorbeeld een aandeel) minder hard gaat bewegen. Maar hoe beweeglijker een aandeel, hoe duurder de optie.

Aandelen of opties
Afhankelijk van uw houding ten opzichte van risico en uw verwachtingspatroon over het toekomstige koersverloop kiest u voor koop van aandelen of opties. Verwacht u een zeer geringe stijging of zelfs een stabiel aandeel, dan liggen aandelen meer voor de hand. Verwacht u een fikse stijging, dan kan de calloptie een erg interessant zijn.

Uitoefenen of verkopen
Als het aandeel bij call opties stijgt boven de afgesproken prijs (uitoefenprijs), dan kunt u het aandeel aankopen. Dit wordt ook wel “uitoefenen” van optierecht genoemd. Dit uitoefenen is niet verplicht. Vaak zelfs is dit onverstandig. Er worden in de praktijk maar weinig optierechten echt uitgeoefend. De meeste contracten worden namelijk weer (door)verkocht op de beurs. In twee gevallen is het weldegelijk interessant om opties uit te oefenen;


de dag dat de optie afloopt (expiratiedag)
de dag voordat een aandeel ex-dividend gaat*
* Indien een aandeel dividend beschikbaar stelt aan zijn aandeelhouders, daalt de koers van het aandeel en hiermee dus de waarde van de optie. Door de opties vóór deze zogehete ex-dividenddatum uit te oefenen voorkomt u dit verlies.

Kosten
Indien u in opties handelt ben u transactiekosten verschuldigd. Alex en Binck zijn de goedkoopste internetbrokers voor optieorders. Deze organisaties berekenen EUR 3,75 per optiecontract. Alex biedt daarnaast een retourprovisie indien u veel optietransacties doet. Het minimumbedrag bij Binck ligt op EUR 11,- bij Alex ligt deze op EUR 13,50. U betaalt bij beide brokers EUR 15,- als u een order van 4 contracten (400 aandelen) uitzet.

Bron: www.mistermoney.nl

Opties Kopen

De meest basale optie strategie is het simpelweg kopen van een call of een put optie. In het algemeen koop je een call optie als je een stijgende markt verwacht in de onderliggende waarde van de optie. Verwacht je een dalende markt, dan koop je veelal een put optie om hiervan te profiteen.

In beide gevallen hoop je dat de onderliggende waarde genoeg in waarde stijgt om de betaalde optiepremie terug te verdienen en om winst te maken.

Het kopen van een put of call optie wordt veel door beginnende optie beleggers toegepast omdat deze strategie een onbeperkte winst heeft en een gemaximaliserd verlies.

Veel beginnende optie beleggers die een call kopen zien de onderliggende waarde stijgen (of dalen bij een put), maar zien vervolgens dat de optie-premie niet of in mindere mate meestijgt met de koersontwikkeling van de onderliggende waarde. In zo'n geval kan alsnog verlies worden gemaakt met deze strategie. Dit komt door een combinatie van factoren zoals een dalende volatiliteit van de onderligggende waarde en de resterende looptijd.

Hoewel het kopen van opties een simpele en makkelijk te begrijpen strategie is , is dit bij lange na niet de beste optie strategie voor beginners. Beginnende optie belegers doen er goed aan om zich ook te verdiepen in strategieen met een betere kans van slagen zoals de Collar, Gedekte call of de Iron Condor.

Voordelen

Kans op ongelimiteerde winst
Gelimiteerd verlies

Nadelen

Waarde daling naarmate de tijd verstrijkt (negatieve theta)
De onderliggende waarde moet significant stijgen om winst te behalen
Werkt alleen in een stijgende markt en niet in een neutrale of dalende markt

Bron: www.optiesvoordummies.nl

Beleggen voor pensioen

Wie wil beleggen voor zijn pensioen of het aflossen van een hypotheek, is meestal beter af met een beleggingsverzekering dan met een bankspaarproduct. Dat stelt financieel onderzoeksinstituut MoneyView op basis van eigen onderzoek.

Sinds 1 januari is het mogelijk ook bij banken fiscaal aantrekkelijk te sparen of beleggen voor je pensioen of de aflossing van je hypotheek.

Wie alleen wil sparen voor de aflossing van zijn hypotheek is bijna in alle gevallen beter af met een bankspaarproduct dan met een traditionele spaarhypotheek, licht onderzoeker Dion van der Mooren van MoneyView toe.

Wil je beleggen voor de hypotheek dan is het verhaal genuanceerder. Veel bankspaarproducten zijn dan duurder dan verzekeringsproducten. Dat zit hem volgens Van der Mooren in de kosten van de beleggingsfondsen: “Bij bankspaarproducten wordt vaak belegd in beursgenoteerde fondsen. De zogenoemde unit-linked fondsen waar verzekeraars in beleggen zijn over het algemeen goedkoper.”

Hier moet je dus scherp naar kijken, raadt hij aan. Daarbij moet je volgens hem wel goed opletten omdat bij verschillende bankspaarproducten de kosten niet in de rekenvoorbeelden zijn opgenomen. Hierdoor lijkt de premie dus lager of het eindkapitaal hoger, dan in werkelijkheid.

Bij de opbouw van vermogen voor je pensioen geldt hetzelfde verhaal. In dit geval is er volgens Van der Mooren slechts één bankspaarproduct dat als heel goed uit de bus komt. Wie de aanbieder is, wil Van der Mooren niet aangeven. Het bureau komt pas volgende week met de namen en rugnummers naar buiten.

Waar je beter af bent als je alleen wil sparen voor je pensioen, heeft MoneyView niet onderzocht. Dit is lastig na te gaan omdat de bankspaarproducten werken met een variabele rente, zo legt van der Mooren uit. Het is dan dus nog niet duidelijk hoe hoog het eindkapitaal zal zijn. Bij een lijfrenteproduct met een gegarandeerd eindkapitaal weet je dat wel van te voren.

bron: Z24.nl

Beleggen voor je pensioen

Bij beleggen denkt u misschien niet meteen aan pensioen. Toch wordt er ook voor u belegd als uw pensioen is geregeld. Vaak is het beleggingsgedeelte helemaal afgeschermd omdat uw pensioen heel degelijk en zonder toeters en bellen belegd moet worden.

Beleggen
Om een goede start te maken met uw pensioen is een financieel adviseur wenselijk omdat de fiscale mogelijkheden gecompliceerd zijn. Nadat de mogelijkheden van uw pensioen zijn bekeken kunt u kijken bij welke pensioen- of verzekeringsmaatschappij u het beste een het pensioen kunt sluiten om de beleggingen zo goed mogelijk te laten beheren. Zelf beleggen gaat niet altijd, maar invloed uitoefen moet zeker mogelijk zijn door te kiezen wat het beste bij u past.

Bij Wikipidea treft u waardevolle informatie aan over beleggen en lijfrentes zeer goed gedocumenteerd en goed gerubriceerd:

Over beleggen: http://nl.wikipedia.org/wiki/Categorie:Beleggen
Over pensioen: http://nl.wikipedia.org/wiki/Pensioen

Pensioen
Uw pensioen is veelal geregeld door uw werkgever, waardoor er vrijwel geen andere mogelijkheden zijn. Als u meer vrijheid krijgt is het interessant deze te onderzoeken. Als besluit om uw pensioen bij een pensioen- of verzekeringsmaatschappij onder te brengen, kunt u het beste ook naar de beleggingsmogelijkheden kijken. U kunt dan kiezen voor beleggingsfondsen, maar populair is nu ook om er een vermogensbeheerder aan te koppelen. Hierdoor is de verzekeringsmaatschappij niet automatisch de belegger. Want deze twee disciplines - verzekeren en beleggen- hoeven niet noodzakelijkerwijs beide het specialisme te zijn.



Een voorbeeld van hoe er belegd kan worden met futures bij een vermogensbeheerder treft u hier aan: Beleggingsfilosofie

Extra informatie over beleggen voor uw pensioen
Als extra informatie kunt kijken op de site www.beurs-stemming.nl om een indruk te krijgen hoe wekelijks een grote groep beleggers tegen de AEX aankijkt. Welke kant gaat de AEX op, maar ook over de richting van de 25 individuele aandelen van deze index krijgt u een indruk. Mocht u meer willen weten over beleggen en vermogensbeheer, dan zijn er naast Wikipidea nog een Nederlandse en een Engelse encyclopedie:

1. belegger.nl http://www.belegger.nl/actueel.php?page=encyclopedie

2. investopedia.com http://investopedia.com

Bron: http://www.xs4all.nl/~ubbels/beleggen/Pensioen/

Beleggen in India

India is een van de meest aantrekkelijke landen voor investeringsmogelijkheden in de wereld. Het land is uitgegroeid tot een toonaangevend land voor de bedrijfstakken industrie en dienstensector.

India is grootste poducent van levensmiddelen
Met een grote capaciteit aan bouwland is India uitgegroeid tot een van 's werelds grootste producenten van levensmiddelen. Het is de grootste producent van melk, thee en suikerriet, alsmede de op een na grootste producent van rijst, groenten en fruit ter wereld. Ook vanwege India's grote capaciteit aan arbeidskrachten is het land een zeer geziene partner op het gebied van software ontwikkeling, customer contact centers en IT-gerelateerde business processen. India is aantrekkelijk voor investeringen in(FDI) instroom in het land zijn: elektrische uitrusting, de dienstensector (financiële en niet-financiële), telecommunicatie, transport industrie, brandstoffen, chemicaliën, bouwactiviteiten, farmaceutische industrie, voedselverwerkende industrie, cement en gipsproducten. Ook is groeiende interesse voor Knowledge Process Outsourcing (KPO) en de onroerend goed sector en niet te vergeten het tourisme. New Delhi, Mumbai, Bangalore en Chennai zijn populair voor buitenlandse directe investeringen.

Bron: watisbeleggen.nl

Beleggen in China

De openstelling van China bij het tiende vijfjarenplan sinds de WTO-toetreding, werd volledig omarmd door de internationale economische samenwerking en concurrentie. China heeft daarnaast ook vooruitgang geboekt met behulp van buitenlandse investeringen.

Investeren in China
In vergelijking met het negende vijfjarenplan werden veel meer buitenlandse investeringen gedaan. De directe buitenlandse investeringen groeiden met meer dan 34China is gunstig voor investering van buitenlands kapitaal en multinationals in de toekomst. Ander soortige buitenlandse investeringen hebben ook veel vooruitgang geboekt. Tegen het einde van 2005, waren 122 buitenlandse bedrijven genoteerd aan de beurs van Hong Kong. Ook nam het land met succes deel aan de internationale industrie en maakte China tot een belangrijke producent in de wereld.

Chinese kapitaal en technologie-intensieve industrieën krijgen veel meer buitenlandse investeringen. Na jaran van voorbereiding werden een aantal grote buitenlandse investeringsprojecten gelanceerd tijdens de Tiende Vijfjaarlijkse periode. Ook in de dienstensector werd, met de volledig uitvoering van China's WTO-verplichtingen, zichtbare vooruitgang geboekt. Tegen het einde van 2005 waren 71 buitenlandse banken uit 20 landen gevestigd en werden in regio's 238 business operatieve instellingen in China gevestigd. De verzekeringssector is inmiddels opengesteld voor buitenlandse verzekeringsmaatschappijen voor beleggingen in alle regio's en in alle ondernemingen, de staatsverzekeringenmaatschappijen uitgezonderd. Buitenlandse bedrijven investeren vooral op het gebied van logistiek en handel. Ook de in het buitenland gevestigde verzekeringsmaatschappijen investeren in grote mate in het land.

China in 2009
China ontwikkelt zich razendsnel tot een grote wereldspeler. Het land is in 2009 opgeklommen tot de vierde economie van de wereld en streefde daarmee Groot-Brittanië voorbij. Het zal niet laang meer duren dat ook Duitsland en Japan ingehaald zijn. De Chinezen hebben in 2009 weinig last gehad van de econoimische wereldcrisis en realiseerden een economische groei van een kleine 20 procent. Het aantal nieuwe ondernemeningen groeide explosief. China is momeenteel de grootste staalproducent van de wereld. Ook de autoindustrie is een van de blikvangers van het land. Duidelijk mag zijn wat de intenties van de Chinese staat zijn kijkende naar de overnames vaan MG Rover en Volvo. Ook scoort China heel goed in de auto-onderdelen productie.

Bron: watisbeleggen.nl

Beleggen in Azie

Azië maakt nog steeds stormachtige economische groei door ondanks de huidige financiele cisis. 2007 was met een groei van 8,3 procent een volgend topjaar in de ontwikkeling van Azië. Dat was meer dan de in maart 2007 door de Asian Development Outlook 2007 gedane raming van 7,6 procent.

Groei economie in Azie
De sterke groei in India maar vooral in de People's Republic of China (PRC) zijn de koplopers in het continent. Ook ander landen in deze regio vertonen een vergelijkbaar patroon van groei. Zo groeide in de eerste helft van 2007 de Filipijnen met 7,3%, het hoogste cijfer in bijna 20 jaar en voor 2008 verwacht men een groei van 6,6% voor het volledige jaar. Ook Indonesië heeft in 2007 een groei geraliseerd van boven de 6%. De cijfers voor 2008 waren gunstig: een groei van meer dan 8 procent, met als aanjagers de Volksrepubliek China en India van die positieve groei. Voor de Volksrepubliek China worden na jaren van dubbelcijferige groei nog steeds positieve groeicijfers verwacht. In India is die groei iets bescheidener maar nog steeds hoog. Indonesië's vooruitzichten blijven fleuren met een verwachte groei van 6,4%. Er zijn echter wel symptomen van oververhitting te bespeuren die de indruk geven dat zowel China als India dicht tegen hun plafonds aan zitten. Volksrepubliek China kampt momenteel met stijgende voedselprijzen die inflatoir doorwerken. De invloed van geld wordt steeds groter, de aandelen- en onroerend goedmarkten hebben sterke winsten geboekt. In India blijft de Indiase Centrale Bank waakzaam. De inflatie is enigzins onder controle maar dat wil nog niet zeggen dat e.e.a. ook direct hebben op de rentetarieven en een eventuele neerwaartse aanpassing hiervan. Recente verkrampingen in de kredietmarkten en mogelijke spillovers in de reële economie doen de onzekerheid over de toekomst toenemen. Op dit moment voorspellingen te doen is bijzonder onduidelijk.Wel is duidelijk dat een eventuele instorting van de groei in de VS de ontwikkelingen in Azië niet onberoerd laten. Maar waarschijnlijk zal de recessie in de VS bescheiden van omvang en van korte duur zijn. Zelfs bij een stevige neergang van de ameriaanse economie verwacht men nog voor Azie een bescheiden groei van de economie van 1-2 procenten. Alleen bij een gelijktijde neergang van de economie in de VS, de Eurozone en Japan zou Azië een groter risico lopen. De export vanuit Azië is een belangrijk onderdeel voor de regio, maar met name Oost-Azië heeft aangetoond flexibel en bedreven te kunnen inspelen op haar herpositionering in de snelst groeiende wereldwijde exportmarkten.

Bron: watisbeleggen.nl

Beleggen in Brazilie

Brazilië is met ongeveer 190 miljoen inwoners een van de belangrijkste van het Zuid-Amerikaanse continent. Ruim 80% leeft in de stedelijke gebieden. De oppervlakte van Brazilië strekt zich uit over 8,5 miljoen vierkante kilometer, waarmee het ongeveer de helft van het uitmaakt van het continent. Vooral de biodiversiteit is een belangrijk economisch gegeven voor het land. .
Economie in Brazilie

Brazilië is goed voor 60% van de Zuid-Amerikaanse economie. Het land is onderdeel van verschillende economische groeperingen, zoals Mercosur, de G-22 en de Cairns-groep. Op het gebied van wetenschappelijke en technologische ontwikkelingen is Brazilie aantrekkelijk voor buitenlandse ondernemeningen om te investeren. De belangrijkjste handelspartners van Brazilie zijn de Europese Unie (26%), de VS (24%), Latijns-Amerika landen (21%) en Azië (12%). Een van de meest dynamische sectoren is de zogenaamde "agrobusiness" sector. Landbouw is goed voor 34% van het Braziliaanse BBP. Bijna 40% van alle Brazilianen is werkzaam of is gelieerd aan deze sector. Brazilië ontwikkelt ook projecten op het gebied van onderzeeboten, vliegtuigen, autofabricage en is betrokken bij het ruimte-onderzoek. Veel montagebedrijven zijn gevestigd in Barzilie.
Economische ontwikkeling van Brazilie in 2009
Een van de weinige landen die geen of weinig last heeft gehad van de economische wereldcrisis is Brazilie. Loonstijgingen en het uitblijven van massaaontslagen maakten dat de consumptie in het laand niet stil viel. In 2009 had Brazilie als een van de weinige landen een handelsoverschot.

Bron: watisbeleggen.nl

Beleggen in Nigeria

Nigeria is het dichtstbevolkte land van Afrika met een officiële bevolkingscijfer van 120 miljoen (de 11de grootste staat in de wereld). Het land groeit jaarlijks gemiddeld met 2,3 procent. Hausa, Ibo en Yoruba zijn de belangrijkste bevolkingsgroepen die meer dan 40 procent van de bevolking uitmaken.
BBP Nigeria

Nigeria de op een na grootste economie in op Afrikaanse continent. Olie-inkomsten maken voor 60 procent deel uit van het BBP van Nigeria. 90 procent van haar inkomsten krijgt Nigeria dmv buitenlandse valuta. Nigeria is de 10de grootste olieproducent van de wereld met de bewezen reserves van 30 miljoen vaten. Het heeft tevens de 3e grootste gasvoorraad in de wereld (meer dan 3 biljoen kubieke meter aardgas). Momenteel levert Afrika meer olie aan de VS dan het Midden-Oosten en de groei zet zich nog steeds doo. Nigeria profiteert heet meest in Afrika van die olielevering. Sinds 1996 bepaalt de Centrale Nigeriaanse Bank het monetaire beleid en is de inflatie door effectief beleid terugbracht van meer dan 70 procent per jaar tot minder dan 10 procent. Ook is de Nigeriaanse munteenheid relatief veel stabieler geworden, in vergelijking met de eerste helft van de jaren 1990. Bij het aantreden van de nieuwe democratische burgerregering in 1999 werd die geconfronteerd met devaluatie en uitgeputte deviezenreserves. Deze nieuwe burgerregering heeft beleid ontwikkeld om de gevolgen van ht vorige economische wanbeleid van de vorige militaire machthebbers het hoofd te bieden. Maatregelen zijn getroffen om de valutavlucht te beteugelen en de verloren gegane deviezenreserves te herstellen. De slechte staat van de economie van het land en haar infrastructuur en de inflatoire druk heeft geleid tot herwaardering van de Nigeriaanse munt. Nigeria is zowel economisch als politiek gezien een zeer belangrijk land voor de Europese Unie. In het handelsverkeer, heeft Nigeria een grote rol bij de uitvoer van landbouwproducten en aardolieproducten aan Europa, terwijl het land ook een belangrijke importeur is van Europese producten. Meer dan 60 procent van de bevolking is betrokken bij de productie van voedselgewassen. Regionaal is Nigeria het grootste land in West-Afrika en met zijn grote menselijke en natuurlijke hulpbronnen heeft Nigeria de potentie om als aanjager te fungeren voor de economische groei van de gehele regio. Nigeria was samen met vier andere leden van de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse landen (ECOWAS) - Gambia, Ghana, Guinee en Sierra Leone - de initiatiefnemer voor de oprichting van de West-Afrikaanse Monetaire Zone (WAMZ) op 1 juli 2005. Voorts wekrt Nigeria met man en macht om van het imago van de frauduleuze en corrupte Nigeriaan af te komen.

Bron: watisbeleggen.nl

Beleggen met hoog rendement

Uw vermogen moet zo goed mogelijk renderen en het liefst tegen een zo laag mogelijk risico. Klinkt goed, maar mij nog net iets te abstract. Wat is “zo goed mogelijk renderen” en “zo laag mogelijk risico”? Stel, een vermogensbeheerder komt met de volgende stelling: “het is met een behoudend risicoprofiel niet al te moeilijk om circa 8% rendement te halen”. Het rendement is in deze stelling al concreter, maar het risico zegt me nog steeds niet zoveel. Wat is er nu eigenlijk nodig voor een rendement van 8%?

Kritische blik maakt het beeld scherper Uitgangspunt is een portefeuille die er als volgt uitziet: 35% aandelen en 65% obligaties. Ik ga er gemakshalve vanuit dat dit betiteld kan worden als “behoudend”. Daarnaast is het uitgangspunt dat deze portefeuilleverdeling constant wordt gehouden in de tijd. Zo niet, dan zal het totale risico van de portefeuille op jaarbasis toenemen, omdat aandelen op langere termijn een hoger gemiddeld rendement behalen. Hierdoor neemt het procentuele belang van deze categorie toe en dus ook de risico´s. De categorie obligaties vullen we in met leningen die minimaal een A-rating kennen en een looptijd tot circa 10 jaar. Het aandelengedeelte is wereldwijd goed gespreid (MSCI World Index) en niet afhankelijk van slechts één of enkele ondernemingen. De bedrijfsspecifieke risico´s zijn dus vrijwel geëlimineerd. Voor het totale rendement moet u eigenlijk kijken naar het reële rendement, dus ook rekening houden met inflatie. Ik ga er echter nu vanuit dat de eerder genoemde 8% als “bruto” moet worden beschouwd. Het rendement op obligaties is op dit moment voor de genoemde periode circa 4%. Om op een gemiddeld totaalrendement uit te komen van 8% moet het rendement voor de aandelencomponent binnen de eerder genoemde portefeuillesamenstelling circa 15% op jaarbasis zijn. Let wel, dit moet het gemiddelde rendement zijn. De vraag rijst dan of dit wel een reëel beeld is van de situatie op dit moment. Bij het bepalen van het aandelenrendement is een veelgehoorde stelling dat deze gelijk is aan het risicovrije rendement (stel AAA obligatie) verhoogd met een risico-opslag. De grote variabele is hierbij de risico-opslag. U belegt in aandelen die een hoger risico kennen dan staatsobligaties en daar verlangt u natuurlijk een (extra) vergoeding voor. Kijken we naar de heel lange termijn dan is de conclusie dat deze opslag gemiddeld 5%-6% is. Dit is echter een gemiddelde en de fluctuaties kunnen behoorlijk groot zijn. U dient dus wel uit te gaan van een langere termijn voor uw beleggingen. Uitgaande van de lange termijn betekent dit een verwacht aandelenrendement van op dit moment circa 9%-10% (uitgaande van een indexrendement, bijvoorbeeld MSCI World Index). Het is duidelijk dat u met dit verwachte aandelenrendement geen 8% op jaarbasis gaat halen met eerder genoemde portefeuilleverdeling. De volgende conclusies kunnen hieruit worden getrokken: - “behoudend” is toch niet zo behoudend, omdat u op dit moment voor 8% gemiddeld rendement circa 70% in aandelen zult moeten beleggen; - de vermogensbeheerder moet bewust grotere risico´s nemen bij de invulling van het obligatie- en/of aandelengedeelte in uw portefeuille (risicovolle obligaties en/of risicovolle aandelenposities); - de vermogensbeheerder oordeelt dat de huidige koers-winstverhoudingen voor aandelen zo laag zijn, dat de rendementsverwachtingen voor aandelen 15% zijn en een risico-opslag van circa 11% reëel is op dit moment. Laat u zich dus niet verblinden door uitspraken als “8% rendement is eenvoudig te behalen bij een behoudend profiel”. Wees kritisch en vraag om aanvullende informatie. Hoe komt het rendement tot stand en wat voor risico loop ik eigenlijk? Zo kunt u zich een beter beeld vormen of de voorgestelde belegging bij u past.

Bron: www.belegger.nl

Beleggen met 1000 euro

Beleggen met 1000 euro schiet niet op, dan worden de vaste kosten bij iedere aankoop relatief duur. Dat geld kun je beter op een spaarrekening zetten. Er zijn tegenwoordig diverse internet spaarrekeningen met een vrij aardige rente zonder enige verplichting, limiet of opnamekosten. De hoogste op dit moment is akbank.nl met 4.55% per jaar.

Bedenk dat als je 10% rendement haalt, je het als beginnende belegger uitstekend doet. 10% of 4.55% rendement over 1000 euro scheelt 55 euro, en daar gaan dan nog de aankoopkosten vanaf. Kortom dat scheelt vrijwel niets, terwijl je dan nog van een erg gunstig resultaat uitgaat (voor hetzelfde geld speel je quitte of verlies je zelfs), en in beleggen zit veel meer tijd, moeite, energie (ga je stressen als het slecht gaat?) en risico.

Ik zou dus eerst even doorsparen tot je minstens 5-10 duizend euro kunt inleggen.

Indien je toch aan de gang wil:

Verspreiden over een handjevol aandelen. Niet alles op één paard wedden, maar ook niet TE veel spreiden want dan vallen de winstjes en verliesjes teveel tegen elkaar weg.

Mijn 5 tips: Fortis, BAM, USG People, TomTom, Philips. Uiteenlopende sectoren, maar min of meer geldt voor allevijf dat het gezonde, uitstekend presterende bedrijven zijn die in het negatieve sentiment onredelijk ver zijn gedaald. Sommige van deze fondsen zijn in nog geen jaar tijd meer dan gehalveerd, terwijl er fundamenteel niets mis is met deze bedrijven. Misschien schieten ze morgen omhoog als een raket, misschien dalen ze nog wel 10% en krabbelen ze daarna weer langzaam omhoog, maar dat deze aandelen ergens in de komende 2-3 jaar aanzienlijk hoger zullen staan dan nu staat voor mij buiten kijf.

Bron: www.watwiljijweten.nl